DSV_Strongs(i)
7
H2372 H8804
Ziet gij
H7723
niet een ijdel
H4236
gezicht
H1696 H8765
, en spreekt
H3577
een leugenachtige
H4738
voorzegging
H559 H8802
, als gij zegt
H3068
: De HEERE
H5002 H8803
spreekt
H559 H8804
, daar Ik niet gesproken heb?
8
H559 H8804
Daarom zo zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H7723
: omdat gijlieden ijdelheid
H1696 H8763
spreekt
H3577
, en leugen
H2372 H8804
ziet
H5002 H8803
; daarom, ziet, Ik [wil] aan u, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE.
9
H3027
En Mijn hand
H5030
zal zijn tegen de profeten
H7723
, die ijdelheid
H2374
zien
H3577
, en leugen
H7080 H8802
voorzeggen
H5475
; zij zullen in de vergadering
H5971
Mijns volks
H3791
niet zijn, en in het schrift
H1004
van het huis
H3478
Israels
H3789 H8735
niet geschreven worden
H127
, en in het land
H3478
Israels
H935 H8799
niet komen
H3045 H8804
; en gij zult weten
H136
, dat Ik de Heere
H3069
HEERE ben.
10
H5971
Daarom, ja, daarom dat zij Mijn volk
H2937 H8689
verleiden
H559 H8800
, zeggende
H7965
: Vrede
H7965
, daar geen vrede
H2434
is; en [dat] de een een lemen wand
H1129 H8802
bouwt
H2009
, en ziet
H2902 H8802
, de anderen denzelven pleisteren
H8602
met loze kalk.
11
H559 H8798
Zeg
H8602
tot degenen, die met loze kalk
H2902 H8802
pleisteren
H5307 H8799
, dat hij omvallen zal
H7857 H8802
; er zal een overstelpende
H1653
plasregen
H859
zijn; en gij
H417 H68
, o grote hagelstenen
H5307 H8799
, zult vallen
H5591
, en een grote
H7307
stormwind
H1234 H8762
zal [hem] splijten.
12
H7023
Ziet, als die wand
H5307 H8804
zal gevallen zijn
H559 H8735
, zal dan niet tot u gezegd worden
H2915
: Waar is de pleistering
H2902 H8804
, waarmede gij gepleisterd hebt?
13
H559 H8804
Daarom alzo zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H5591
: Ja, Ik zal [hem] door een groten
H7307
stormwind
H2534
in Mijn grimmigheid
H1234 H8765
splijten
H7857 H8802
, en er zal een overstelpende
H1653
plasregen
H639
zijn in Mijn toorn
H417 H68
, en grote hagelstenen
H2534
in [Mijn] grimmigheid
H3617
, om [dien] te verdoen.
14
H7023
Zo zal Ik den wand
H2040 H8804
afbreken
H8602
, dien gijlieden met loze kalk
H2902 H8804
gepleisterd hebt
H776
, en zal hem ter aarde
H5060 H8689
nederwerpen
H3247
, dat zijn grond
H1540 H8738
zal ontdekt worden
H5307 H8804
; alzo zal [de] [stad] vallen
H8432
, en gij zult in het midden
H3615 H8804
van haar omkomen
H3045 H8804
; en gij zult weten
H3068
, dat Ik de HEERE ben.