DSV_Strongs(i)
11
H859
U
H1571
ook
H1818
aangaande, [o] [Sion]! door het bloed
H1285
uws verbonds
H615
, heb Ik uw gebondenen
H4480
uit
H953
den kuil
H369 H0
, daar geen
H4325
water
H369
in is
H7971 H8765
, uitgelaten.
12
H7725 H8798
Keert gijlieden weder
H1225
tot de sterkte
H615
, gij gebondenen
H8615
, die daar hoopt
H1571
! ook
H3117
heden
H5046 H8688
verkondig Ik
H4932
, dat Ik u dubbel
H7725 H8686
zal wedergeven;
13
H3588
Als
H3063
Ik Mij Juda
H1869 H8804
zal gespannen
H669
, [en] Ik Efraim
H7198
den boog
H4390 H8765
zal gevuld hebben
H1121
; en Ik uw kinderen
H6726
, o Sion
H5782 H8790
! zal verwekt hebben
H5921
tegen
H1121
uw kinderen
H3120
, o Griekenland
H7760 H8804
! en u gesteld zal hebben
H2719
als het zwaard
H1368
van een held.
14
H3068
En de HEERE
H5921
zal over
H7200 H8735
henlieden verschijnen
H2671
, en Zijn pijlen
H3318 H8804
zullen uitvaren
H1300
als een bliksem
H136
; en de Heere
H3069
HEERE
H7782
zal met de bazuin
H8628 H8799
blazen
H1980 H8804
, en Hij zal voorttreden
H5591
met stormen
H8486
uit het zuiden.
15
H3068
De HEERE
H6635
der heirscharen
H5921
zal hen
H1598 H8686
beschutten
H398 H8804
, en zij zullen eten
H7050 H68
, nadat zij de slingerstenen
H3533 H8804
zullen ten ondergebracht hebben
H8354 H8804
; zij zullen ook drinken
H1993 H8804
, [en] een gedruis maken
H3644
als
H3196
de wijn
H4390 H8804
; en zij zullen vervuld worden
H4219
, gelijk het bekken
H2106
, gelijk de hoeken
H4196
des altaars.