Mark 6:37-39

DSV_Strongs(i)
  37 G1161 Maar G611 G5679 Hij, antwoordende G2036 G5627 , zeide G846 tot hen G1325 G5628 : Geeft G5210 gij G846 hun G5315 G5629 te eten G2532 . En G3004 G5719 zij zeiden G846 tot Hem G565 G5631 : Zullen wij heengaan G59 G5661 , en kopen G1250 voor tweehonderd G1220 penningen G740 brood G2532 , en G846 hun G5315 G5629 te eten G1325 G5632 geven?
  38 G1161 En G3004 G5719 Hij zeide G846 tot hen G4214 : Hoeveel G740 broden G2192 G5719 hebt gij G5217 G5720 ? Gaat heen G2532 en G1492 G5628 beziet G2532 [het]. En G1097 G5631 toen zij het vernomen hadden G3004 G5719 , zeiden zij G4002 : Vijf G2532 , en G1417 twee G2486 vissen.
  39 G2532 En G2004 G5656 Hij gebood G846 hun G3956 , dat zij hen allen G347 G5658 zouden doen nederzitten G4849 bij waardschappen G1909 , op G5515 het groene G5528 gras.