Genesis 30:37-43

DSV_Strongs(i)
  37 H3947 H8799 Toen nam zich H3290 Jakob H4731 roeden H3892 van groen H3839 populierenhout H3869 , en van hazelaar H6196 , en van kastanje H6478 H8762 ; en hij schilde H3836 daarin witte H6479 strepen H4286 , ontblotende H3836 het wit H834 , hetwelk H5921 aan H4731 die roeden was.
  38 H3322 H8686 En hij leide H4731 deze roeden H834 , die H6478 H8765 hij geschild had H7298 , in de goten H8268 , [en] in de drinkbakken H4325 van het water H834 , waar H6629 de kudde H935 H8799 kwam H8354 H8800 drinken H5227 , tegenover H6629 de kudde H3179 H8799 ; en zij werden verhit H935 H8800 , als zij kwamen H8354 H8800 om te drinken.
  39 H6629 Als dan de kudde H3179 H8799 verhit werd H413 bij H4731 de roeden H3205 H8799 , zo lammerde H6629 de kudde H6124 gesprenkelde H5348 , gespikkelde H2921 H8803 , en geplekte.
  40 H6504 H8689 Toen scheidde H3290 Jakob H3775 de lammeren H5414 H8799 , en hij wendde H6440 het gezicht H6629 der kudde H413 op H6124 het gesprenkelde H3605 , en al H2345 het bruine H3837 onder Labans H6629 kudde H7896 H8799 ; en hij stelde H5739 zijn kudden H909 alleen H7896 H8804 , en hij zette H3808 ze niet H5921 bij H6629 de kudde H3837 van Laban.
  41 H1961 H8799 En het geschiedde H3605 , telkens H6629 als de kudde H7194 H8794 der vroegelingen H3179 H8763 verhit werd H7760 H8804 , zo stelde H3290 Jakob H4731 de roeden H5869 voor de ogen H6629 der kudde H7298 in de goten H3179 H8763 , opdat zij hittig werden H4731 bij de roeden.
  42 H6629 Maar als de kudde H5848 H8687 spade hittig werd H7760 H8799 , zo stelde hij H3808 ze niet H5848 H8803 , zodat de spadelingen H3837 Laban H7194 H8803 , en de vroegelingen H3290 Jakob H1961 H8804 toekwamen.
  43 H376 En die man H6555 H0 brak H3966 gans H3966 zeer H6555 H8799 uit H1961 H8799 [in] [menigte], en hij had H7227 vele H6629 kudden H8198 , en dienstmaagden H5650 , en dienstknechten H1581 , en kemelen H2543 , en ezelen.