Esther 7:6-10

  6 H635 En Esther H559 H8799 zeide H376 : De man H6862 , de onderdrukker H341 H8802 en vijand H2088 , is deze H7451 boze H2001 Haman H1204 H8738 ! Toen verschrikte H2001 Haman H4480 voor H6440 het aangezicht H4428 des konings H4436 en der koningin.

  7 H4428 En de koning H6965 H8804 stond op H2534 in zijn grimmigheid H4480 van H4960 den maaltijd H3196 des wijns H413 , [en] [ging] naar H1594 den hof H1055 van het paleis H2001 . En Haman H5975 H8804 bleef staan H4480 , om van H4436 de koningin H635 Esther H5921 , aangaande H5315 zijn leven H1245 H8763 verzoek te doen H3588 ; want H7200 H8804 hij zag H3588 , dat H7451 het kwaad H4480 van H4428 de koning H413 over H3615 H8804 hem ten volle besloten was.

  8 H4428 Toen de koning H7725 H8804 wederkwam H4480 uit H1594 den hof H1055 van het paleis H413 in H1004 het huis H4960 van den maaltijd H3196 des wijns H2001 , zo was Haman H5307 H8802 gevallen H5921 op H4296 het bed H834 H5921 , waarop H635 Esther H559 H8799 was. Toen zeide H4428 de koning H1571 : Zou hij ook H4436 wel de koningin H3533 H8800 verkrachten H5973 bij H1004 mij in het huis H1697 ? Het woord H3318 H8804 ging uit H4428 H4480 des konings H6310 mond H2645 H8804 , en zij bedekten H2001 Hamans H6440 aangezicht.

  9 H2726 En Charbona H259 , een H4480 van H5631 de kamerlingen H6440 , voor het aanschijn H4428 des konings H559 H8799 [staande], zeide H1571 : Ook H2009 zie H6086 , de galg H834 , welke H2001 Haman H6213 H8804 gemaakt heeft H4782 voor Mordechai H834 , die H2896 goed H5921 voor H4428 den koning H1696 H8765 gesproken heeft H5975 H8802 , staat H2001 bij Hamans H1004 huis H2572 , vijftig H520 ellen H1364 hoog H559 H8799 . Toen zeide H4428 de koning H8518 H8798 : Hang H5921 hem daaraan.

  10 H8518 H8799 Alzo hingen zij H2001 Haman H5921 aan H6086 de galg H834 , die H4782 hij voor Mordechai H3559 H8689 had doen bereiden H2534 ; en de grimmigheid H4428 des konings H7918 H8804 werd gestild.