DSV_Strongs(i)
44
G2532
En
G4762 G5651
Hij, Zich omkerende
G4314
naar
G1135
de vrouw
G5346 G5713
, zeide
G4613
tot Simon
G991 G5719
: Ziet gij
G5026
deze
G1135
vrouw
G1519
? Ik ben in
G4675
uw
G3614
huis
G1525 G5627
gekomen
G5204
; water
G3756
hebt gij niet
G1909
tot
G3450
Mijn
G4228
voeten
G1325 G5656
gegeven
G1161
; maar
G3778
deze
G3450
heeft Mijn
G4228
voeten
G1144
met tranen
G1026 G5656
nat gemaakt
G2532
, en
G2359
met het haar
G846
van haar
G2776
hoofd
G1591 G5656
afgedroogd.
45
G3427
Gij hebt Mij
G3756
geen
G5370
kus
G1325 G5656
gegeven
G1161
; maar
G3778
deze
G575
, van
G3739
dat
G1525 G5627
zij ingekomen is
G3756
, heeft niet
G1257 G5627
afgelaten
G3450
Mijn
G4228
voeten
G2705 G5723
te kussen.
46
G1637
Met olie
G3450
hebt gij Mijn
G2776
hoofd
G3756
niet
G218 G5656
gezalfd
G1161
; maar
G3778
deze
G3450
heeft Mijn
G4228
voeten
G3464
met zalf
G218 G5656
gezalfd.
47
G3739 G5484
Daarom
G3004 G5719
zeg Ik
G4671
u
G846
: Haar
G266
zonden
G863 G5769
zijn [haar] vergeven
G3588
, die
G4183
vele waren
G3754
; want
G4183
zij heeft veel
G25 G5656
liefgehad
G1161
; maar
G3739
dien
G3641
weinig
G863 G5743
vergeven wordt
G3641
, die heeft weinig
G25 G5719
lief.
48
G1161
En
G2036 G5627
Hij zeide
G846
tot haar
G4675
: Uw
G266
zonden
G863 G5769
zijn [u] vergeven.