Leviticus 21:1-7

DSV_Strongs(i)
  1 H559 H8799 Daarna zeide H3068 de HEERE H4872 tot Mozes H559 H8798 : Spreek H3548 tot de priesters H1121 , de zonen H175 van Aaron H559 H8804 , en zeg H5315 tot hen: Over een dode H2930 H8691 zal [een] [priester] zich niet verontreinigen H5971 onder zijn volken.
  2 H7607 Behalve over zijn bloedvriend H7138 , die hem ten naaste H517 bestaat, over zijn moeder H1 en over zijn vader H1121 , en over zijn zoon H1323 , en over zijn dochter H251 , en over zijn broeder.
  3 H269 En over zijn zuster H1330 , die maagd H7138 is, hem nabestaande H376 , die nog geen man H2930 H8691 toebehoord heeft; over die zal hij zich verontreinigen.
  4 H2930 H8691 Hij zal zich niet verontreinigen H1167 [over] een overste H5971 onder zijn volken H2490 H8736 , om zich te ontheiligen.
  5 H7218 Zij zullen op hun hoofd H7144 geen kaalheid H7139 H8799 maken H6285 , en zullen den hoek H2206 van hun baard H1548 H8762 niet afscheren H1320 , en in hun vlees H8296 zullen zij geen sneden H8295 H8799 snijden.
  6 H430 Zij zullen hun God H6944 heilig H8034 zijn, en den Naam H430 huns Gods H2490 H8762 zullen zij niet ontheiligen H7126 H8688 ; want zij offeren H801 de vuurofferen H3068 des HEEREN H3899 , de spijze H430 huns Gods H6918 ; daarom zullen zij heilig zijn.
  7 H802 Zij zullen geen vrouw H3947 H8799 nemen H2181 H8802 , die een hoer H2491 of ontheiligde H802 is, noch een vrouw H3947 H8799 nemen H376 , die van haar man H1644 H8803 verstoten is H430 ; want hij is zijn God H6918 heilig.