Joshua 24:28-31 Toen zond Jozua het volk weg , een ieder naar zijn erfdeel.

DSV_Strongs⁽ⁱ⁾

28 H7971 H0 Toen zond H3091 Jozua H5971 het volk H7971 H8762 weg H376 , een ieder H5159 naar zijn erfdeel.

29 H1961 H8799 En het geschiedde H310 na H428 deze H1697 dingen H3091 , dat Jozua H1121 , de zoon H5126 van Nun H5650 , de knecht H3068 des HEEREN H4191 H8799 , stierf H1121 , oud H3967 zijnde honderd H6235 en tien H8141 jaren.

30 H6912 H8799 En zij begroeven H853 hem H1366 in de landpale H5159 zijns erfdeels H8556 , te Timnath-serah H834 , welke H2022 is op een berg H669 van Efraim H4480 , aan H6828 het noorden H2022 van den berg H1608 Gaas.

31 H3478 Israel H5647 H8799 nu diende H3068 den HEERE H3605 al H3117 de dagen H3091 van Jozua H3605 , en al H3117 de dagen H2205 van de oudsten H834 , die H3117 lang H310 na H3091 Jozua H748 H8689 leefden H834 , en die H3605 al H4639 het werk H3068 des HEEREN H3045 H8804 wisten H834 , hetwelk H3478 Hij aan Israel H6213 H8804 gedaan had.