Job 21:10-17

DSV_Strongs(i)
  10 H7794 Zijn stier H5674 H8765 bespringt H1602 H8686 , en mist H3808 niet H6510 ; zijn koe H6403 H8762 kalft H7921 H8762 , en misdraagt H3808 niet.
  11 H5759 Hun jonge kinderen H7971 H8762 zenden zij uit H6629 als een kudde H3206 , en hun kinderen H7540 H8762 huppelen.
  12 H5375 H8799 Zij heffen op H8596 met de trommel H3658 en de harp H8055 H8799 , en zij verblijden zich H6963 op het geluid H5748 des orgels.
  13 H2896 In het goede H3615 H8762 H8675 H1086 H8762 verslijten zij H3117 hun dagen H7281 ; en in een ogenblik H2865 H8735 H8676 H5181 H8799 dalen zij H7585 in het graf.
  14 H559 H8799 Nochtans zeggen zij H410 tot God H5493 H8798 : Wijk H4480 van H1847 ons, want aan de kennis H1870 Uwer wegen H3808 hebben wij geen H2654 H8804 lust.
  15 H4100 Wat H7706 is de Almachtige H3588 , dat H5647 H8799 wij Hem zouden dienen H4100 ? En wat H3276 H8686 baat zullen wij hebben H3588 , dat H6293 H8799 wij Hem aanlopen zouden?
  16 H2005 [Doch] ziet H2898 , hun goed H3808 is niet H3027 in hun hand H6098 ; de raad H7563 der goddelozen H7368 H8804 is verre H4480 van mij.
  17 H4100 Hoe dikwijls H5216 geschiedt het, dat de lamp H7563 der goddelozen H1846 H8799 uitgeblust wordt H343 , en hun verderf H5921 hun H935 H8799 overkomt H2256 ; dat [God] [hun] smarten H2505 H8762 uitdeelt H639 in Zijn toorn!