Jeremiah 34:19-21

DSV_Strongs(i)
  19 H8269 De vorsten H3063 van Juda H8269 , en de vorsten H3389 van Jeruzalem H5631 , de kamerlingen H3548 , en de priesteren H5971 , en al het volk H776 des lands H1335 , die door de stukken H5695 des kalfs H5674 H8802 zijn doorgegaan.
  20 H5414 H8804 Ja, Ik zal hen overgeven H3027 in de hand H341 H8802 hunner vijanden H3027 , en in de hand H5315 dergenen, die hun ziel H1245 H8764 zoeken H5038 ; en hun dode lichamen H5775 zullen het gevogelte H8064 des hemels H929 en het gedierte H776 der aarde H3978 tot spijze zijn.
  21 H6667 Zelfs Zedekia H4428 , den koning H3063 van Juda H8269 , en zijn vorsten H5414 H8799 , zal Ik overgeven H3027 in de hand H341 H8802 hunner vijanden H3027 , en in de hand H5315 dergenen, die hun ziel H1245 H8764 zoeken H3027 , te weten, in de hand H2428 van het heir H4428 des konings H894 van Babel H5927 H8802 , die van ulieden [nu] zijn opgetogen.