Jeremiah 20:9-10 Dies zeide ik : Ik zal Zijner niet gedenken , en niet meer in Zijn Naam spreken ; maar het werd in mijn hart als een brandend vuur , besloten in mijn beenderen ; en ik bemoeide mij om te verdragen , maar konde niet.

DSV_Strongs⁽ⁱ⁾

9 H559 H8804 Dies zeide ik H2142 H8799 : Ik zal Zijner niet gedenken H8034 , en niet meer in Zijn Naam H1696 H8762 spreken H3820 ; maar het werd in mijn hart H1197 H8802 als een brandend H784 vuur H6113 H8803 , besloten H6106 in mijn beenderen H3811 H8738 ; en ik bemoeide mij H3557 H8771 om te verdragen H3201 H8799 , maar konde niet.

10 H8085 H8804 Want ik heb gehoord H1681 de naspraak H7227 van velen H4032 H5439 , van Magor-missabib H5046 H8685 , [zeggende]: Geef [ons] te kennen H5046 H8686 , en wij zullen het te kennen geven H582 H7965 ; al mijn vredegenoten H8104 H8802 nemen acht H6763 H8676 H6761 op mijn hinking H6601 H8792 ; [zij] [zeggen]: Misschien zal hij overreed worden H3201 H8799 , dan zullen wij hem overmogen H5360 , en onze wraak H3947 H8799 van hem nemen.