DSV_Strongs(i) 13 H3068 Den HEERE H6635 der heirscharen H6942 H8686 , Dien zult gijlieden heiligen H4172 , en Hij zij uw vreze H6206 H8688 , en Hij zij uw verschrikking. 14 H4720 Dan zal Hij [ulieden] tot een Heiligdom H68 zijn; maar tot een steen H5063 des aanstoots H6697 en tot een rotssteen H4383 der struikeling H8147 den twee H1004 huizen H3478 van Israel H6341 , tot een strik H4170 en tot een net H3427 H8802 den inwoners H3389 te Jeruzalem. 15 H7227 En velen H3782 H8804 onder hen zullen struikelen H5307 H8804 , en vallen H7665 H8738 , en verbroken worden H3369 H8738 , en zullen verstrikt H3920 H8738 en gevangen worden.