DSV_Strongs(i)
15
H5027 H0
Zie
H8064
van den hemel
H5027 H8685
af
H7200 H8798
, en aanschouw
H6944
van Uw heilige
H8597
en Uw heerlijke
H2073
woning
H7068
; waar zijn Uw ijver
H1369
en Uw mogendheden
H1995
, het gerommel
H4578
Uws ingewands
H7356
en Uwer barmhartigheden
H662 H8694
? Zij houden zich tegen mij in.
16
H3588
Gij zijt toch
H1
onze Vader
H85
, want Abraham
H3045 H8804
weet
H3808
van ons niet
H3478
, en Israel
H5234 H8686
kent
H3068
ons niet; Gij, o HEERE
H1
! zijt onze Vader
H1350 H8802
, onze Verlosser
H5769
van ouds
H8034
af is Uw Naam.
17
H3068
HEERE
H1870
! waarom doet Gij ons van Uw wegen
H8582 H8686
dwalen
H7188 H8686
, [waarom] verstokt Gij
H3820
ons hart
H3374
, dat wij U niet vrezen
H7725 H8798
? Keer weder
H5650
om Uwer knechten
H7626
wil, de stammen
H5159
Uws erfdeels.
18
H6944
Uw heilig
H5971
volk
H4705
heeft [het] [maar] een weinig tijds
H3423 H8804
bezeten
H6862
; onze wederpartijders
H4720
hebben Uw heiligdom
H947 H8790
vertreden.
19
H5769
Wij zijn geworden [als] [die], over welke Gij van ouds
H4910 H8804
niet hebt geheerst
H8034
, en die naar Uw Naam
H7121 H8738
niet zijn genoemd.
64
1
H3863
Och, dat
H8064
Gij de hemelen
H7167 H8804
scheurdet
H3381 H8804
, dat Gij nederkwaamt
H2022
, dat de bergen
H6440
van Uw aangezicht
H2151 H8738
vervloten;
2
H2003 H784
Gelijk een smeltvuur
H6919 H8800
brandt
H784
, [en] het vuur
H4325
de wateren
H1158 H8799
doet opbobbelen
H8034
, om Uw Naam
H6862
aan Uw wederpartijders
H3045 H8687
bekend te maken
H1471
! Laat [alzo] de heidenen
H6440
voor Uw aangezicht
H7264 H8799
beven.