Job 26:11-14

DSV_Strongs(i)
  11 H5982 De pilaren H8064 des hemels H7322 H8787 sidderen H8539 H8799 , en ontzetten zich H4480 voor H1606 Zijn schelden.
  12 H3581 Door Zijn kracht H7280 H8804 klieft Hij H3220 de zee H8394 H8675 H8394 , en door Zijn verstand H4272 H8804 verslaat Hij H7293 [haar] verheffing.
  13 H7307 Door Zijn Geest H8064 heeft Hij de hemelen H8235 H8765 versierd H3027 ; Zijn hand H1281 heeft de langwemelende H5175 slang H2342 H8790 geschapen.
  14 H2005 Ziet H428 , dit H7098 zijn [maar] uiterste einden H1870 Zijner wegen H4100 ; en wat H8102 een klein stukje H1697 der zaak H8085 H8738 hebben wij van Hem gehoord H4310 ? Wie H7482 zou dan den donder H1369 Zijner mogendheden H995 H8709 verstaan?