Jeremiah 15:1-3

DSV_Strongs(i)
  1 H3068 Maar de HEERE H559 H8799 zeide H5975 H8799 tot mij: Al stond H4872 Mozes H8050 en Samuel H6440 voor Mijn aangezicht H5315 , zo zou [toch] Mijn ziel H5971 tot dit volk H7971 H8761 niet wezen; drijf ze weg H6440 van Mijn aangezicht H3318 H8799 , en laat ze uitgaan.
  2 H559 H8799 En het zal geschieden, wanneer zij tot u zullen zeggen H3318 H8799 : Waarhenen zullen wij uitgaan H559 H8804 ? dat gij tot hen zult zeggen H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H4194 : Wie ten dood H4194 , ten dode H2719 ; en wie tot het zwaard H2719 , ten zwaarde H7458 , en wie tot den honger H7458 , ten honger H7628 ; en wie ter gevangenis H7628 , ter gevangenis!
  3 H6485 H8804 Want Ik zal bezoeking over hen doen H702 [met] vier H4940 geslachten H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H2719 : met het zwaard H2026 H8800 , om te doden H3611 ; en met de honden H5498 H8800 , om te slepen H5775 ; en met het gevogelte H8064 des hemels H929 , en met het gedierte H776 der aarde H398 H8800 , om op te eten H7843 H8687 en te verderven.