2 H5674 H8689 En Hij deed mij bij dezelve voorbijgaan H5439 geheel rondom H3966 ; en ziet, er waren zeer H7227 vele H6440 op den grond H1237 der vallei H3966 ; en ziet, zij waren zeer H3002 dor.
30 H5676 Zijn zij niet aan gene zijde H3383 van de Jordaan H310 , achter H1870 den weg H3996 van den ondergang H8121 der zon H776 , in het land H3669 der Kanaanieten H6160 , die in het vlakke veld H3427 H8802 wonen H4136 , tegenover H1537 Gilgal H681 , bij H436 de eikenbossen H4176 van More?
7 H6106 Onze beenderen H6340 H8738 zijn verstrooid H6310 aan den mond H7585 des grafs H776 , gelijk of iemand op de aarde H6398 H8802 [iets] gekloofd H1234 H8802 en verdeeld had.
11 H559 H8799 Toen zeide Hij H1121 H120 tot mij: Mensenkind H6106 ! deze beenderen H1004 zijn het ganse huis H3478 Israels H559 H8802 ; ziet, zij zeggen H6106 : Onze beenderen H3001 H8804 zijn verdord H8615 , en onze verwachting H6 H8804 is verloren H1504 H8738 , wij zijn afgesneden.