2 Kings 25:8-11

DSV_Strongs(i)
  8 H2549 Daarna in de vijfde H2320 maand H7651 , op den zevenden H2320 der maand H1931 (dit H8672 H6240 H8141 was het negentiende H8141 jaar H4428 van H5019 Nebukadnezar H4428 , den koning H894 van Babel H935 H8804 ) kwam H5018 Nebuzaradan H7227 , de overste H2876 der trawanten H5650 , de knecht H4428 des konings H894 van Babel H3389 , te Jeruzalem.
  9 H8313 H8799 En hij verbrandde H1004 het huis H3068 des HEEREN H1004 , en het huis H4428 des konings H3605 , mitsgaders alle H1004 huizen H3389 van Jeruzalem H3605 ; en alle H1004 huizen H1419 der groten H8313 H8804 verbrandde hij H784 met vuur.
  10 H3605 En het ganse H2428 heir H3778 der Chaldeen H834 , dat H7227 met den overste H2876 der trawanten H5422 H0 was, brak H2346 de muren H3389 van Jeruzalem H5439 rondom H5422 H8804 af.
  11 H3499 Het overige H5971 nu des volks H5892 , die in de stad H7604 H8737 overgelaten waren H5307 H8802 , en de afvalligen H834 , die H5921 tot H4428 den koning H894 van Babel H5307 H8804 gevallen waren H3499 , en het overige H1995 der menigte H1540 H0 , voerde H5018 Nebuzaradan H7227 , de overste H2876 der trawanten H1540 H8689 , gevankelijk weg.