Hosea 8:4-7

DSV_Strongs(i)
  4 H4427 Zij hebben koningen H7786 gemaakt, maar niet uit Mij; zij hebben vorsten H3045 gesteld, maar Ik heb het niet gekend H3701 ; van hun zilver H2091 en hun goud H6091 hebben zij voor zichzelven afgoden H6213 gemaakt H3772 , opdat zij uitgeroeid worden.
  5 H5695 Uw kalf H8111 , o Samaria H2186 ! heeft [u] verstoten H639 ; Mijn toorn H2734 is tegen hen ontstoken H3808 ; hoe lang H5356 zullen zij de reinigheid H3201 niet verdragen?
  6 H3478 Want dat is ook uit Israel H2796 ; een werkmeester H6213 heeft het gemaakt H430 , en het is geen God H7616 , maar het zal [tot] stukken H5695 worden, het kalf H8111 van Samaria.
  7 H7307 Want zij hebben wind H2232 gezaaid H5492 , en zullen een wervelwind H7114 maaien H7054 ; het zal geen staande koren H6780 hebben, het uitspruitsel H7058 zal geen meel H6213 maken H194 ; of H6213 het misschien maakte H2114 , vreemden H1104 zullen het verslinden.