Hebrews 10:36-39

DSV_Strongs(i)
  36 G1063 Want G2192 G5719 gij hebt G5281 lijdzaamheid G5532 van node G2443 , opdat G2307 gij, den wil G2316 van God G4160 G5660 gedaan hebbende G1860 , de beloftenis G2865 G5672 moogt wegdragen;
  37 G1063 Want G2089 : Nog G3397 een zeer weinig G3745 G3745 [tijds] G2064 G5740 [en] Hij, Die te komen staat G2240 G5692 , zal komen G2532 , en G3756 niet G5549 G5692 vertoeven.
  38 G1161 Maar G1342 de rechtvaardige G1537 zal uit G4102 het geloof G2198 G5695 leven G2532 ; en G1437 zo G5288 G5672 [iemand] zich onttrekt G3450 , Mijn G5590 ziel G1722 heeft in G846 hem G3756 geen G2106 G5719 behagen.
  39 G1161 Maar G2249 wij G2070 G5748 zijn G3756 niet G5289 van degenen, die zich onttrekken G1519 ten G684 verderve G235 , maar G4102 van degenen, die geloven G1519 tot G4047 behouding G5590 der ziel.