2 Samuel 21:6-8

DSV_Strongs(i)
  6 H7651 Laat ons zeven H582 mannen H4480 van H1121 zijn zonen H5414 H8714 gegeven worden H3068 , dat wij hen den HEERE H3363 H8689 ophangen H1390 te Gibea H7586 Sauls H972 , o, gij verkorene H3068 des HEEREN H4428 ! En de koning H559 H8799 zeide H589 : Ik H5414 H8799 zal hen geven.
  7 H4428 Doch de koning H2550 H8799 H5921 verschoonde H4648 Mefiboseth H1121 , den zoon H3083 van Jonathan H1121 , den zoon H7586 van Saul H5921 , om H7621 den eed H3068 des HEEREN H834 , die H996 tussen H996 hen was, tussen H1732 David H996 en tussen H3083 Jonathan H7586 , Sauls H1121 zoon.
  8 H4428 Maar de koning H3947 H8799 nam H8147 de twee H1121 zonen H7532 van Rizpa H1323 , dochter H345 van Aja H834 , die H7586 zij Saul H3205 H8804 gebaard had H764 , Armoni H4648 en Mefiboseth H2568 ; daartoe de vijf H1121 zonen H4324 van Michals H7586 [zuster], Sauls H1323 dochter H834 , die H5741 zij Adriel H1121 , den zoon H1271 van Barzillai H4259 , den Meholathiet H3205 H8804 , gebaard had;