DSV_Strongs(i)
26
H5971
Toen het volk
H413
in
H3293
het woud
H935 H8799
kwam
H2009
, ziet
H1706 H1982
, zo was er een honigvloed
H369
; maar niemand
H5381 H8688
raakte
H3027
met zijn hand
H413
aan
H6310
zijn mond
H3588
, want
H5971
het volk
H3372 H8804
vreesde
H7621
de bezwering.
27
H3129
Maar Jonathan
H3808
had het niet
H8085 H8804
gehoord
H1
, toen zijn vader
H5971
het volk
H7650 H8687
bezworen had
H7971 H8799
, en hij reikte
H7097
het einde
H4294
van den staf
H834
uit, die
H3027
in zijn hand
H2881 H8799
was, en hij doopte
H853
denzelven
H3295 H1706
in een honigraat
H3027
; als hij nu zijn hand
H413
tot
H6310
zijn mond
H7725 H8686
wendde
H5869
, zo werden zijn ogen
H215 H8799
verlicht.
28
H6030 H8799
Toen antwoordde
H376
een man
H4480
uit
H5971
het volk
H559 H8799
, en zeide
H1
: Uw vader
H5971
heeft het volk
H7650 H8687
zwaarlijk
H7650 H8689
bezworen
H559 H8800
, zeggende
H779 H8803
: Vervloekt
H376
zij de man
H834
, die
H3117
heden
H3899
brood
H398 H8799
eet
H5774 H8799
! Daarom bezwijkt
H5971
het volk.