DSV_Strongs(i)
37
H607
Gij
H4430
, o koning
H4430
! zijt een koning
H4430
der koningen
H426
; want de God
H8065
des hemels
H4437
heeft u een koninkrijk
H2632
, macht
H8632
, en sterkte
H3367
, en eer
H3052 H8754
gegeven;
38
H3606
En overal
H1123 H606
, waar mensenkinderen
H1753 H8748
wonen
H2423
, heeft Hij de beesten
H1251
des velds
H5776
en de vogelen
H8065
des hemels
H3028
in uw hand
H3052 H8754
gegeven
H3606
; en Hij heeft u gesteld
H7981 H8684
tot een heerser
H607
over al dezelve; gij
H1722
zijt dat gouden
H7217
hoofd.
39
H870
En na
H317
u zal een ander
H4437
koninkrijk
H6966 H8748
opstaan
H772
, lager
H4481
dan het uwe
H317
; daarna een ander
H8523
, het derde
H4437
koninkrijk
H5174
van koper
H7981 H8748
, hetwelk heersen zal
H3606
over de gehele
H772
aarde.
40
H7244
En het vierde
H4437
koninkrijk
H8624
zal hard
H1934 H8748
zijn
H6523
, gelijk ijzer
H6523
; aangezien het ijzer
H3606
alles
H1855 H8683
vermaalt
H2827 H8751
en verzwakt
H6903
; gelijk
H6523
nu het ijzer
H459
, dat zulks
H3606
alles
H7490 H8750
verbreekt
H1855 H8681
, [alzo] zal het vermalen
H7490 H8748
en verbreken.