2 Chronicles 26:19-20

DSV_Strongs(i)
  19 H2196 H0 Toen werd H5818 Uzzia H2196 H8799 toornig H4730 , en het reukwerk H3027 was in zijn hand H6999 H8687 , om te roken H2196 H8800 ; als hij nu toornig werd H5973 tegen H3548 de priesteren H2224 H0 , rees H6883 de melaatsheid H2224 H8804 op H4696 aan zijn voorhoofd H6440 , voor het aangezicht H3548 der priesteren H1004 in het huis H3068 des HEEREN H4480 , van H5921 boven H7004 H4196 het reukaltaar.
  20 H6437 H8799 Alstoen zag H7218 H3548 de hoofdpriester H5838 Azaria H413 op H3605 hem, en al H3548 de priesteren H2009 en ziet H1931 , hij H6879 H8794 was melaats H4696 aan zijn voorhoofd H926 H8686 , en zij stieten H4480 hem met der haast van H8033 daar H1931 , ja hij zelf H1571 werd ook H1765 H8738 gedreven H3318 H8800 uit te gaan H3588 , omdat H3068 de HEERE H5060 H8765 hem geplaagd had.