Job 33:19-22

DSV(i) 19 Ook wordt hij gestraft met smart op zijn leger, en de sterke menigte zijner beenderen; 20 Zodat zijn leven het brood zelf verfoeit, en zijn ziel de begeerlijke spijze; 21 Dat zijn vlees verdwijnt uit het gezicht, en zijn beenderen, die niet gezien werden, uitsteken; 22 En zijn ziel nadert ten verderve, en zijn leven tot de dingen, die doden.