DSV(i)
18 Als de rechtvaardige afkeert van zijn gerechtigheid, en doet onrecht, zo zal hij daarin sterven.
19 En als de goddeloze zich bekeert van zijn goddeloosheid, en doet recht en gerechtigheid, zo zal hij daarin leven.
20 Nog zegt gij: De weg des HEEREN is niet recht; Ik zal ulieden richten, een ieder naar zijn wegen, o huis Israëls!