DSV(i)
7 Als David dit hoorde, zond hij Joab heen, en het ganse heir met de helden.
8 En de kinderen Ammons togen uit, en stelden de slagorde voor de deur der poort; maar de Syriërs van Zoba, en Rechob, en de mannen van Tob en Maacha waren bijzonder in het veld.
9 Als nu Joab zag, dat de spits der slagorde tegen hem was, van voren en van achteren, zo verkoos hij uit alle uitgelezenen van Israël, en stelde hen in orde tegen de Syriërs aan;
10 En het overige des volks gaf hij onder de hand van zijn broeder Abisai, die het in orde stelde tegen de kinderen Ammons aan.