20 Maar de dagen zullen komen, wanneer de Bruidegom van hen zal weggenomen zijn, en alsdan zullen zij vasten in dezelve dagen.
Mark 2:20 Cross References - DSV
Psalms 45:11
11 Hoor, o Dochter! en zie, en neig uw oor; en vergeet uw volk en uws vaders huis.
Song of Songs 3:11
11 Gaat uit, en aanschouwt, gij, dochteren van Sion! den koning Salomo, met de kroon, waarmede Hem Zijn moeder kroonde op den dag Zijner bruiloft, en op den dag der vreugde Zijns harten.
Isaiah 54:5
5 Want uw Maker is uw Man, HEERE der heirscharen is Zijn Naam; en de Heilige Israëls is uw Verlosser; Hij zal de God des gansen aardbodems genaamd worden.
Isaiah 62:5
5 Want gelijk een jongeling een jonkvrouw trouwt, alzo zullen uw kinderen u trouwen; en gelijk de bruidegom vrolijk is over de bruid, alzo zal uw God over u vrolijk zijn.
Zechariah 13:7
7 Zwaard! ontwaak tegen Mijn Herder, en tegen den Man, Die Mijn Metgezel is, spreekt de HEERE der heirscharen; sla dien Herder, en de schapen zullen verstrooid worden; maar Ik zal Mijn hand tot de kleinen wenden.
Matthew 26:31
31 Toen zeide Jezus tot hen: Gij zult allen aan Mij geërgerd worden in dezen nacht; want er is geschreven: Ik zal den Herder slaan, en de schapen der kudde zullen verstrooid worden.
Luke 17:22
22 En Hij zeide tot de discipelen: Er zullen dagen komen, wanneer gij zult begeren een der dagen van den Zoon des mensen te zien, en gij zult dien niet zien.
John 3:29
29 Die de bruid heeft, is de bruidegom, maar de vriend des bruidegoms, die staat en hem hoort, verblijdt zich met blijdschap om de stem des bruidegoms. Zo is dan deze mijn blijdschap vervuld geworden.
John 7:33-34
John 12:8
8 Want de armen hebt gijlieden altijd met u, maar Mij hebt gij niet altijd.
John 13:33
33 Kinderkens, nog een kleinen tijd ben Ik bij u. Gij zult Mij zoeken, en gelijk Ik den Joden gezegd heb: Waar Ik heenga, kunt gij niet komen; alzo zeg Ik ulieden nu ook.
John 16:7
7 Doch Ik zeg u de waarheid: Het is u nut, dat Ik wegga; want indien Ik niet wegga, zo zal de Trooster tot u niet komen; maar indien Ik heenga, zo zal Ik Hem tot u zenden.
John 16:28
28 Ik ben van den Vader uitgegaan, en ben in de wereld gekomen; wederom verlaat Ik de wereld, en ga heen tot den Vader.
John 17:11
11 En Ik ben niet meer in de wereld, maar deze zijn in de wereld, en Ik kome tot U, Heilige Vader, bewaar ze in Uw Naam, die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij een zijn, gelijk als Wij.
John 17:13
13 Maar nu kom Ik tot U, en spreek dit in de wereld, opdat zij Mijn blijdschap vervuld mogen hebben in zichzelven.
Acts 1:9
9 En als Hij dit gezegd had, werd Hij opgenomen, daar zij het zagen, en een wolk nam Hem weg van hun ogen.
Acts 3:21
21 Welken de hemel moet ontvangen tot de tijden der wederoprichting aller dingen, die God gesproken heeft door den mond van al Zijn heilige profeten van alle eeuw.
Acts 13:2-3
Acts 14:23
23 En als zij in elke Gemeente, met opsteken der handen, ouderlingen verkoren hadden, gebeden hebbende met vasten, bevalen zij hen den Heere, in Welken zij geloofd hadden.
1 Corinthians 7:5
5 Onttrekt u elkander niet, tenzij dan met beider toestemming voor een tijd, opdat gij u tot vasten en bidden moogt verledigen; en komt wederom bijeen, opdat u de satan niet verzoeke, omdat gij u niet kunt onthouden.
2 Corinthians 6:5
5 In slagen, in gevangenissen, in beroerten, in arbeid, in waken, in vasten,
2 Corinthians 11:2
2 Want ik ben ijverig over u met een ijver Gods; want ik heb ulieden toebereid, om u als een reine maagd aan een man voor te stellen, namelijk aan Christus.
2 Corinthians 11:27
27 In arbeid en moeite, in waken menigmaal, in honger en dorst, in vasten menigmaal, in koude en naaktheid.
Revelation 19:7
7 Laat ons blijde zijn, en vreugde bedrijven, en Hem de heerlijkheid geven; want de bruiloft des Lams is gekomen, en Zijn vrouw heeft zichzelve bereid.
Revelation 21:9
9 En tot mij kwam een van de zeven engelen, die de zeven fiolen hadden, welke vol geweest waren van de zeven laatste plagen, en sprak met mij, zeggende: Kom herwaarts, ik zal u tonen de Bruid, de Vrouw des Lams.