35 En de HEERE heeft mijn heer zeer gezegend, zodat hij groot geworden is; en Hij heeft hem gegeven schapen, en runderen, en zilver, en goud, en knechten, en maagden, en kemelen, en ezelen.
Genesis 24:35 Cross References - DSV
Genesis 12:2
2 En Ik zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam groot maken; en wees een zegen!
Genesis 12:16
16 En hij deed Abram goed, om harentwil; zodat hij had schapen, en runderen, en ezelen, en knechten, en maagden, en ezelinnen, en kemelen.
Genesis 13:2
2 En Abram was zeer rijk, in vee, in zilver, en in goud.
Genesis 24:1
1 Abraham nu was oud en wel bedaagd; en de HEERE had Abraham in alles gezegend.
Genesis 25:11
11 En het geschiedde na Abrahams dood, dat God Izak, zijn zoon, zegende; en Izak woonde bij den put Lachai-roi.
Genesis 26:12-14
12 En Izak zaaide in datzelve land, en hij vond in datzelve jaar honderd maten; want de HEERE zegende hem.
13 En die man werd groot, ja, hij werd doorgaans groter, totdat hij zeer groot geworden was.
14 En hij had bezitting van schapen, en bezitting van runderen, en groot gezin; zodat hem de Filistijnen benijdden.
Genesis 49:25
25 Van uws vaders God, Die u zal helpen, en van den Almachtige, Die u zal zegenen, met zegeningen des hemels van boven, met zegeningen des afgronds, die daaronder ligt, met zegeningen der borsten en der baarmoeder!
Job 1:3
3 Daartoe was zijn vee zeven duizend schapen, en drie duizend kemelen, en vijfhonderd juk ossen, en vijfhonderd ezelinnen; ook was zijn dienstvolk zeer veel; zodat deze man groter was dan al die van het oosten.
Job 42:10-12
10 En de HEERE wendde de gevangenis van Job, toen hij gebeden had voor zijn vrienden; en de HEERE vermeerderde al hetgeen Job gehad had tot dubbel zoveel.
11 Ook kwamen tot hem al zijn broeders, en al zijn zusters, en allen, die hem te voren gekend hadden, en aten brood met hem in zijn huis, en beklaagden hem, en vertroostten hem over al het kwaad, dat de HEERE over hem gebracht had; en zij gaven hem een iegelijk een stuk gelds, een iegelijk ook een gouden voorhoofdsiersel.
12 En de HEERE zegende Jobs laatste meer dan zijn eerste; want hij had veertien duizend schapen, en zes duizend kemelen, en duizend juk runderen, en duizend ezelinnen.
Psalms 18:35
35 Hij leert mijn handen ten strijde, zodat een stalen boog met mijn armen verbroken is.
Psalms 107:38
38 En Hij zegent hen, zodat zij zeer vermenigvuldigen, en hun vee vermindert Hij niet.
Psalms 112:3
3 He. In zijn huis zal have en rijkdom wezen; Vau. en zijn gerechtigheid bestaat in eeuwigheid.
Proverbs 10:22
22 De zegen des HEEREN, die maakt rijk; en Hij voegt er geen smart bij.
Proverbs 22:4
4 Het loon der nederigheid, met de vreze des HEEREN, is rijkdom, en eer, en leven.
Matthew 6:33
33 Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u toegeworpen worden.
1 Timothy 4:8
8 Want de lichamelijke oefening is tot weinig nut; maar de godzaligheid is tot alle dingen nut, hebbende de belofte des tegenwoordigen en des toekomenden levens.