Joshua 3:8 Cross References - DSV_Strongs
Exodus 14:13
13
H4872
Doch Mozes
H559 H8799
zeide
H5971
tot het volk
H3372 H8799
: Vreest
H3320 H8690
niet, staat vast
H7200 H8798
, en ziet
H3444
het heil
H3068
des HEEREN
H3117
, dat Hij heden
H6213 H8799
aan ulieden doen zal
H4714
, want de Egyptenaars
H3117
, die gij heden
H7200 H8804
gezien hebt
H3254 H8686
, zult gij niet weder
H7200 H8800
zien
H5704 H5769
in eeuwigheid.
Joshua 3:3
3
H6680 H8762
En zij geboden
H5971
het volk
H559 H8800
, zeggende
H727
: Wanneer gij de ark
H1285
des verbonds
H3068
des HEEREN
H430
, uws Gods
H7200 H8800
, ziet
H3881
, en de Levietische
H3548
priesters
H853
dezelve
H5375 H8802
dragende
H5265 H8799
, verreist
H859
gijlieden
H4480
ook van
H4725
uw plaats
H1980 H8804
, en volgt
H310
haar na;
Joshua 3:17
17
H3548
Maar de priesters
H727
, die de ark
H1285
des verbonds
H3068
des HEEREN
H5375 H8802
droegen
H5975 H8799
, stonden
H3559 H8687
steevast
H2724
op het droge
H8432
, in het midden
H3383
van de Jordaan
H3605
; en gans
H3478
Israel
H5674 H8802
ging over
H2724
op het droge
H5704 H834
, totdat
H3605
al
H1471
het volk
H8552 H8804
geeindigd had
H3383
door de Jordaan
H5674 H8800
te trekken.
1 Chronicles 15:11-12
11
H1732
En David
H7121 H8799
riep
H3548
de priesters
H6659
Zadok
H54
en Abjathar
H3881
, en de Levieten
H222
Uriel
H6222
, Asaja
H3100
en Joel
H8098
, Semaja
H447
, en Eliel
H5992
, en Amminadab.
12
H559 H8799
En hij zeide
H859
tot hen: Gijlieden
H7218
zijt hoofden
H1
der vaderen
H3881
onder de Levieten
H6942 H8690
; heiligt u
H859
, gij
H251
en uw broeders
H727
, dat gij de ark
H3068
des HEEREN
H430
, des Gods
H3478
van Israel
H5927 H8689
, opbrengt
H413
, ter
H3559 H8689
[plaatse], [die] ik voor haar bereid heb.
2 Chronicles 17:8-9
2 Chronicles 29:4-11
4
H935 H0
En hij bracht
H3548
de priesteren
H3881
en de Levieten
H935 H8686
in
H622 H8799
, en hij verzamelde
H4217 H7339
ze in de Ooststraat.
5
H559 H8799
En hij zeide
H8085 H8798
tot hen: Hoort
H3881
mij, o Levieten
H6942 H0
; heiligt
H6258
nu
H6942 H8690
uzelven
H6942 H8761
, en heiligt
H1004
het huis
H3068
des HEEREN
H430
, des Gods
H1
uwer vaderen
H3318 H0
, en brengt
H5079
de onreinigheid
H3318 H8685
uit
H4480
van
H6944
het heiligdom.
6
H3588
Want
H1
onze vaders
H4603 H8804
hebben overtreden
H6213 H8804
, en gedaan
H7451
dat kwaad
H5869
was in de ogen
H3068
des HEEREN
H430
, onzes Gods
H5800 H8799
, en hebben Hem verlaten
H6440
, en zij hebben hun aangezichten
H4480
van
H4908
den tabernakel
H3068
des HEEREN
H5437 H8686
omgewend
H6203
, en hebben den nek
H5414 H8799
toegekeerd.
7
H1571
Ook
H1817
hebben zij de deuren
H197
van het voorhuis
H5462 H8804
toegesloten
H5216
, en de lampen
H3518 H8762
uitgeblust
H7004
en het reukwerk
H3808
niet
H6999 H8689
gerookt
H5930
; en het brandoffer
H6944
hebben zij in het heiligdom
H430
aan den God
H3478
Israels
H3808
niet
H5927 H8689
geofferd.
8
H7110
Daarom is een grote toorn
H3068
des HEEREN
H5921
over
H3063
Juda
H3389
en Jeruzalem
H1961 H8799
geweest
H5414 H8799
; en Hij heeft hen overgegeven
H2189 H8675 H2113
ter beroering
H8047
, ter verwoesting
H8322
en ter aanfluiting
H834
, gelijk als
H859
gij
H7200 H8802
ziet
H5869
met uw ogen.
9
H2009
Want ziet
H1
, onze vaders
H2719
zijn door het zwaard
H5307 H8804
gevallen
H1121
; daartoe onze zonen
H1323
, en onze dochteren
H802
, en onze vrouwen
H5921 H2063
zijn daarom
H7628
in gevangenis geweest.
10
H6258
Nu
H5973
is het in
H3824
mijn hart
H1285
een verbond
H3772 H8800
te maken
H3068
met den HEERE
H430
, den God
H3478
Israels
H2740
, opdat de hitte
H639
Zijns toorns
H4480
van
H7725 H8799
ons afkere.
11
H1121
Mijn zonen
H7952 H0
, weest
H6258
nu
H408
niet
H7952 H8735
traag
H3588
; want
H3068
de HEERE
H977 H8804
heeft u verkoren
H6440
, dat gij voor Zijn aangezicht
H5975 H8800
staan zoudt
H8334 H8763
, om Hem te dienen
H8334 H8764
; en opdat gij Hem dienaars
H6999 H8688
en wierokers
H1961 H8800
zoudt wezen.
2 Chronicles 29:15
2 Chronicles 29:27
27
H2396
En Hizkia
H559 H8799
beval
H5930
, dat men het brandoffer
H4196
op het altaar
H5927 H8687
zou offeren
H6256
; ten tijde
H5930
nu, als dat brandoffer
H2490 H8689
begon
H2490 H8689
, begon
H7892
het gezang
H3068
des HEEREN
H2689
met de trompetten
H5921 H3027
en met
H3627
de instrumenten
H1732
van David
H4428
, den koning
H3478
van Israel.
2 Chronicles 29:30
30
H559 H8799
Daarna zeide
H4428
de koning
H3169
Jehizkia
H8269
, en de oversten
H3881
, tot de Levieten
H3068
, dat zij den HEERE
H1984 H8763
loven zouden
H1697
, met de woorden
H1732
van David
H623
en van Asaf
H2374
, den ziener
H1984 H8762
; en zij loofden
H5704
tot
H8057
blijdschap
H6915 H8799
toe; en neigden hun hoofden
H7812 H8691
, en bogen zich neder.
2 Chronicles 30:12
2 Chronicles 31:9-10
9
H3169
En Jehizkia
H1875 H8799 H5921
ondervraagde
H3548
de priesteren
H3881
en de Levieten
H5921
aangaande
H6194
die hopen.
10
H5838
En Azaria
H7218 H3548
, de hoofdpriester
H1004
, van het huis
H6659
van Zadok
H559 H8799
, sprak
H413
tot
H559 H8799
hem en zeide
H4480
: Van
H8641
dat men deze heffing
H2490 H8687
begonnen heeft
H1004
tot het huis
H3068
des HEEREN
H935 H8687
te brengen
H398 H8800
, is er te eten geweest
H7646 H8800
en verzadigd te worden
H3498 H8687
, ja, over te houden
H4704
tot
H7230
overvloed
H3588
toe; want
H3068
de HEERE
H5971
heeft Zijn volk
H1288 H8765
gezegend
H2088
, zodat deze
H1995
veelheid
H3498 H8737
overgebleven is.
2 Chronicles 35:2-6
2
H5975 H8686
En hij stelde
H3548
de priesters
H5921
op
H4931
hun wachten
H2388 H8762
; en hij sterkte
H5656
hen tot den dienst
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN.
3
H559 H8799
En hij zeide
H3881
tot de Levieten
H3605
, die gans
H3478
Israel
H995 H8688 H8675 H4000
onderwezen
H3068
, die den HEERE
H6918
heilig
H5414 H8798
waren: Zet
H6944
de heilige
H727
ark
H1004
in het huis
H834
, hetwelk
H8010
Salomo
H1121
, de zoon
H1732
van David
H4428
, de koning
H3478
van Israel
H1129 H8804
, gebouwd heeft
H369
; gij hebt geen
H4853
last
H3802
op de schouderen
H5647 H8798
; dient
H6258
nu
H3068
den HEERE
H430
, uw God
H5971
, en Zijn volk
H3478
Israel;
4
H3559 H8685 H8675 H3559 H8734
En bereidt u
H1004
naar de huizen
H1
uwer vaderen
H4256
, naar uw verdelingen
H3791
, naar het voorschrift
H1732
van David
H4428
, den koning
H3478
van Israel
H4385
, en naar de beschrijving
H1121
van zijn zoon
H8010
Salomo;
Nehemiah 12:24-28
24
H7218
De hoofden
H3881
dan der Levieten
H2811
waren Hasabja
H8274
, Serebja
H3442
, en Jesua
H1121
, de zoon
H6934
van Kadmiel
H251
, en hun broederen
H5048
tegen hen over
H1984 H8763
, om te prijzen
H3034 H8687
[en] te danken
H4687
, naar het gebod
H1732
van David
H376
, den man
H430
Gods
H4929
, wacht
H5980
tegen
H4929
wacht.
25
H4983
Matthanja
H1229
en Bakbukja
H5662
, Obadja
H4918
, Mesullam
H2929
, Talmon
H6126
[en] Akkub
H7778
, waren poortiers
H4929
, de wacht
H8104 H8802
waarnemende
H624
bij de schatkamers
H8179
der poorten.
26
H428
Dezen
H3117
waren in de dagen
H3113
van Jojakim
H1121
, den zoon
H3442
van Jesua
H1121
, den zoon
H3136
van Jozadak
H3117
, en in de dagen
H5166
van Nehemia
H6346
, den landvoogd
H3548
, en van den priester
H5830
Ezra
H5608 H8802
, den schriftgeleerde.
27
H2598
In de inwijding
H3389
nu van Jeruzalems
H2346
muur
H1245 H8765
, zochten zij
H3881
de Levieten
H3605
uit al
H4725
hun plaatsen
H3389
, dat zij hen te Jeruzalem
H935 H8687
brachten
H2598
, om de inwijding
H6213 H8800
te doen
H8057
met vreugde
H8426
, en met dankzeggingen
H7892
, en met gezang
H4700
, cimbalen
H5035
, luiten
H3658
, en met harpen.
Nehemiah 13:22
22
H559 H8799
Voorts zeide ik
H3881
tot de Levieten
H834
, dat
H1961 H8799 H2891 H8693
zij zich zouden reinigen
H8179
, en de poorten
H935 H8802
komen
H8104 H8802
wachten
H7676 H3117
, om den sabbatdag
H6942 H8763
te heiligen
H2142 H8798 H5921
. Gedenk
H1571
mijner ook
H2063
[in] dezen
H430
, mijn God
H2347 H8798
! en verschoon
H7230
mij naar de veelheid
H2617
Uwer goedertierenheid.