5
H428
Toen nu die
H3117
dagen
H4390 H8800
vervuld waren
H6213 H8804
, maakte
H4428
de koning
H4960
een maaltijd
H3605
al
H5971
den volke
H4672 H8737
, dat gevonden werd
H1002
op den burg
H7800
Susan
H4480
, van
H1419
den grootste
H5704
tot
H6996
den kleinste
H7651
, zeven
H3117
dagen
H2691
lang, in het voorhof
H1594
van den hof
H4428
van het koninklijk
H1055
paleis.
Esther 1:5 Cross References - DSV_Strongs
2 Chronicles 7:8-9
2 Chronicles 30:21-25
21
H6213 H8799
Zo hielden
H1121
de kinderen
H3478
Israels
H3389
, die te Jeruzalem
H4672 H8737
gevonden werden
H2282
, het feest
H4682
der ongezuurde
H7651
[broden], zeven
H3117
dagen
H1419
, met grote
H8057
blijdschap
H3881
. De Levieten
H3548
nu en de priesteren
H1984 H8764
prezen
H3068
den HEERE
H3117
, dag
H3117
op dag
H5797
, met sterk luidende
H3627
instrumenten
H3068
des HEEREN.
22
H3169
En Jehizkia
H1696 H8762
sprak
H5921
naar
H3820
het hart
H3605
van alle
H3881
Levieten
H7919 H8688
, die verstand hadden
H2896
in de goede
H7922
kennis
H3068
des HEEREN
H398 H8799
; en zij aten
H4150
[de] [offeranden] des gezetten hoogtijds
H7651
zeven
H3117
dagen
H2076 H8764
, offerende
H8002 H2077
dankofferen
H3034 H8693
, en lovende
H3068
den HEERE
H430
, den God
H1
hunner vaderen.
23
H3605
Als nu de ganse
H6951
gemeente
H3289 H8735
raad gehouden had
H312
, om andere
H7651
zeven
H3117
dagen
H6213 H8800
te houden
H6213 H8799
, hielden zij
H7651
nog zeven
H3117
dagen
H8057
met blijdschap.
24
H3588
Want
H2396
Jehizkia
H4428
, de koning
H3063
van Juda
H7311 H8689
, gaf
H6951
de gemeente
H505
duizend
H6499
varren
H7651
en zeven
H505
duizend
H6629
schapen
H8269
; en de vorsten
H7311 H8689
gaven
H6951
de gemeente
H505
duizend
H6499
varren
H6235
en tien
H505
duizend
H6629
schapen
H3548
; de priesteren
H7230
nu hadden zich in menigte
H6942 H8691
geheiligd.
25
H3605
En de ganse
H6951
gemeente
H3063
van Juda
H8055 H8799
verblijdde zich
H3548
, mitsgaders de priesteren
H3881
en de Levieten
H3605
, en de gehele
H6951
gemeente
H4480
dergenen, die uit
H3478
Israel
H935 H8802
gekomen waren
H1616
; ook de vreemdelingen
H4480
, die uit
H776
het land
H3478
van Israel
H935 H8802
gekomen waren
H3063
, en die in Juda
H3427 H8802
woonden.
Esther 7:7-8
7
H4428
En de koning
H6965 H8804
stond op
H2534
in zijn grimmigheid
H4480
van
H4960
den maaltijd
H3196
des wijns
H413
, [en] [ging] naar
H1594
den hof
H1055
van het paleis
H2001
. En Haman
H5975 H8804
bleef staan
H4480
, om van
H4436
de koningin
H635
Esther
H5921
, aangaande
H5315
zijn leven
H1245 H8763
verzoek te doen
H3588
; want
H7200 H8804
hij zag
H3588
, dat
H7451
het kwaad
H4480
van
H4428
de koning
H413
over
H3615 H8804
hem ten volle besloten was.
8
H4428
Toen de koning
H7725 H8804
wederkwam
H4480
uit
H1594
den hof
H1055
van het paleis
H413
in
H1004
het huis
H4960
van den maaltijd
H3196
des wijns
H2001
, zo was Haman
H5307 H8802
gevallen
H5921
op
H4296
het bed
H834 H5921
, waarop
H635
Esther
H559 H8799
was. Toen zeide
H4428
de koning
H1571
: Zou hij ook
H4436
wel de koningin
H3533 H8800
verkrachten
H5973
bij
H1004
mij in het huis
H1697
? Het woord
H3318 H8804
ging uit
H4428 H4480
des konings
H6310
mond
H2645 H8804
, en zij bedekten
H2001
Hamans
H6440
aangezicht.