33 Waren hun getelden van den stam van Efraïm veertig duizend en vijfhonderd;
Numbers 1:33 Cross References - DSV
Genesis 48:5
5 Nu dan, uw twee zonen, die u in Egypteland geboren waren, eer ik in Egypte tot u gekomen ben, zijn mijne; Efraïm en Manasse zullen mijne zijn, als Ruben en Simeon.
Numbers 2:19
19 Zijn heir nu, en zijn getelden waren veertig duizend en vijfhonderd.
Numbers 26:37
37 Dat zijn de geslachten der zonen van Efraïm, naar hun getelden: twee en dertig duizend en vijfhonderd. Dat zijn de zonen van Jozef, naar hun geslachten.
Deuteronomy 33:17
17 Hij heeft de heerlijkheid des eerstgeborenen zijns osses, en zijn hoornen zijn hoornen des eenhoorns; met dezelve zal hij de volken te zamen stoten tot aan de einden des lands. Dezen nu zijn de tien duizenden van Efraïm, en dezen zijn de duizenden van Manasse!