1 En Josafat, de koning van Juda, keerde met vrede weder naar zijn huis te Jeruzalem.
2 Chronicles 19:1 Cross References - DSV
2 Chronicles 18:31-32
31 Het geschiedde dan, als de oversten der wagenen Josafat zagen, dat zij zeiden: Die is de koning van Israël; en zij togen rondom hem, om te strijden; maar Josafat riep, en de HEERE hielp hem, en God wendde hen van hem af.
32 Want het geschiedde, als de oversten der wagenen zagen, dat het de koning van Israël niet was, dat zij van achter hem afkeerden.