Revelation 7:1-3

  1 G2532 En G3326 na G5023 dezen G1492 G5627 zag ik G5064 vier G32 engelen G2476 G5761 staan G1909 op G5064 de vier G1137 hoeken G1093 der aarde G2902 G5723 , houdende G5064 de vier G417 winden G1093 der aarde G3363 , opdat geen G417 wind G4154 G5725 zou waaien G1909 op G1093 de aarde G3383 , noch G1909 op G2281 de zee G3383 , noch G1909 tegen G3956 enigen G1186 boom.

  2 G2532 En G1492 G5627 ik zag G243 een anderen G32 engel G305 G5631 G5625 G305 G5723 opkomen G575 van G395 den opgang G2246 der zon G2192 G5723 , hebbende G4973 het zegel G2198 G5723 des levenden G2316 Gods G2532 ; en G2896 G5656 hij riep G3173 met een grote G5456 stem G5064 tot de vier G32 engelen G3739 G846 , welke G1325 G5681 [macht] gegeven was G1093 de aarde G2532 en G2281 de zee G91 G5658 te beschadigen,

  3 G3004 G5723 Zeggende G91 G5661 : Beschadigt G1093 de aarde G3361 niet G3383 , noch G2281 de zee G3383 , noch G1186 de bomen G891 G3739 , totdat G1401 wij de dienstknechten G2257 onzes G2316 Gods G4972 G5725 G5625 G4972 G5661 zullen verzegeld hebben G1909 aan G846 hun G3359 voorhoofden.