DSV_Strongs(i)
1
H1732
[Een] [psalm] [van] David
H5329 H8764
, voor den opperzangmeester
H5058
, op de Neginoth
H430
. [061:2] O God
H8085 H8798
! hoor
H7440
mijn geschrei
H7181 H8685
, merk op
H8605
mijn gebed.
2
H7097
[061:3] Van het einde
H776
des lands
H7121 H8799
roep ik
H3820
tot U als mijn hart
H5848 H8800
overstelpt is
H5148 H8686
; leid
H6697
mij op een rotssteen
H7311 H8799
, [die] mij te hoog zou zijn.
3
H4268
[061:4] Want Gij zijt mij een Toevlucht
H5797
geweest, een sterke
H4026
Toren
H6440
voor
H341 H8802
den vijand.
4
H168
[061:5] Ik zal in Uw hut
H1481 H8799
verkeren
H5769
[in] eeuwigheden
H2620 H8799
; ik zal mijn toevlucht nemen
H5643
in het verborgene
H3671
Uwer vleugelen
H5542
. Sela.
5
H430
[061:6] Want Gij, o God
H8085 H8804
! hebt gehoord
H5088
naar mijn geloften
H5414 H8804
; Gij hebt [mij] gegeven
H3425
de erfenis
H8034
dergenen, die Uw Naam
H3373
vrezen.
6
H3117
[061:7] Gij zult dagen
H4428
tot des konings
H3117
dagen
H3254 H8686
toedoen
H8141
; zijn jaren
H1755
zullen zijn als van geslacht
H1755
tot geslacht;