DSV_Strongs(i)
1
H1696 H8762
Verder sprak
H3068
de HEERE
H4872
tot Mozes
H2022
, aan den berg
H5514
Sinai
H559 H8800
, zeggende:
2
H1696 H8761
Spreek
H1121
tot de kinderen
H3478
Israels
H559 H8804
, en zeg
H935 H8799
tot hen: Wanneer gij zult gekomen zijn
H776
in dat land
H5414 H8802
, dat Ik u geve
H776
, dan zal dat land
H7673 H8804
rusten
H7676
, een sabbat
H3068
den HEERE.
3
H8337
Zes
H8141
jaren
H7704
zult gij uw akker
H2232 H8799
bezaaien
H8337
, en zes
H8141
jaren
H3754
uw wijngaard
H2168 H8799
besnijden
H8393
, en de inkomst
H622 H8804
daarvan inzamelen.
4
H7637
Doch in het zevende
H8141
jaar
H776
zal voor het land
H7676
een sabbat
H7677
der rust
H7676
zijn, een sabbat
H3068
den HEERE
H7704
; uw akker
H2232 H8799
zult gij niet bezaaien
H3754
en uw wijngaard
H2168 H8799
niet besnijden.
5
H5599 H0
Wat van zelf
H7105
van uw oogst
H5599
zal gewassen zijn
H7114 H8799
, zult gij niet inoogsten
H6025
, en de druiven
H5139
uwer afzondering
H1219 H8799
zult gij niet afsnijden
H8141
; het zal een jaar
H7677
der ruste
H776
voor het land zijn.
6
H7676
En de [inkomst] [van] den sabbat
H776
des lands
H402
zal voor u tot spijze
H5650
zijn, voor u, en voor uw knecht
H519
, en voor uw dienstmaagd
H7916
, en voor uw dagloner
H8453
, en voor uw bijwoner
H1481 H8802
, die bij u als vreemdelingen verkeren;
7
H929
Mitsgaders voor het vee
H2416
, en voor het gedierte
H776
, dat in uw land
H8393
is, zal al de inkomst
H398 H8800
daarvan tot spijze zijn.
8
H5608 H8804
Gij zult u ook tellen
H7651
zeven
H7676 H8141
jaarweken
H7651 H6471
, zevenmaal
H7651
zeven
H8141
jaren
H3117
; zodat de dagen
H7651
der zeven
H7676 H8141
jaarweken
H8672
u negen
H705
en veertig
H8141
jaren zullen zijn.
9
H7637
Daarna zult gij in de zevende
H2320
maand
H6218
, op den tienden
H7782
der maand, de bazuin
H8643
des geklanks
H5674 H8689
doen doorgaan
H3117 H3725
; op den verzoendag
H7782
zult gij de bazuin
H5674 H8686
doen doorgaan
H776
in uw ganse land.
10
H2572 H8141
En gij zult dat vijftigste
H8141
jaar
H6942 H8765
heiligen
H1865
, en vrijheid
H7121 H8804
uitroepen
H776
in het land
H3427 H8802
, voor al zijn inwoners
H3104
; het zal u een jubeljaar
H7725 H8804
zijn; en gij zult wederkeren
H376
een ieder
H272
tot zijn bezittingen
H7725 H8799
, en zult wederkeren
H376
een ieder
H4940
tot zijn geslacht.
11
H3104
Dit jubeljaar
H2572 H8141
zal u het vijftigste
H8141
jaar
H2232 H8799
zijn; gij zult niet zaaien
H7114 H8799
, noch inoogsten
H5599
wat van zelf daarin zal gewassen zijn
H5139
, noch ook [de] [druiven] der afzonderingen
H1219 H8799
in hetzelve afsnijden.
12
H3104
Want dat is het jubeljaar
H6944
; het zal u heilig
H7704
zijn; gij zult uit het veld
H8393
de inkomst
H398 H8799
daarvan eten.
14
H5997
Daarom, wanneer gij aan uw naaste
H4465
wat veilbaars
H4376 H8799
verkopen
H3027
, of uit de hand
H5997
uws naasten
H7069 H8800
kopen zult
H376
, dat niemand de een
H251
den ander
H3238 H8686
verdrukke.
15
H4557
Naar het getal
H8141
der jaren
H310 H0
, van
H3104
het jubeljaar
H310
af
H5997
, zult gij van uw naaste
H7069 H8799
kopen
H4557
, en naar het getal
H8141
van de jaren
H8393
der inkomsten
H4376 H8799
zal hij het aan u verkopen.
16
H6310
Naar
H7230
de veelheid
H8141
der jaren
H4736
zult gij zijn koop
H7235 H8686
vermeerderen
H6310
, en naar
H4591 H8800
de weinigheid
H8141
der jaren
H4736
zult gij zijn koop
H4591 H8686
verminderen
H4376 H8802
; want hij verkoopt
H4557
aan u het getal
H8393
der inkomsten.
17
H376
Dat dan niemand
H5997
zijn naaste
H3238 H8686
verdrukke
H3372 H8804
; maar vreest
H430
voor uw God
H3068
; want Ik ben de HEERE
H430
, uw God!
18
H6213 H8804
En doet
H2708
Mijn inzettingen
H8104 H8799
, en houdt
H4941
Mijn rechten
H6213 H8804
, en doet
H983
dezelve; zo zult gij zeker
H3427 H8804
wonen
H776
in het land.
19
H776
En het land
H6529
zal zijn vrucht
H5414 H8804
geven
H398 H8804
, en gij zult eten
H7648
tot verzadiging
H983
toe; en gij zult zeker
H3427 H8804
daarin wonen.
20
H559 H8799
En als gij zoudt zeggen
H398 H8799
: Wat zullen wij eten
H7637
in het zevende
H8141
jaar
H2232 H8799
! Ziet, wij zullen niet zaaien
H8393
, en onze inkomst
H622 H8799
niet inzamelen;
21
H1293
Zo zal Ik Mijn zegen
H6680 H8765
gebieden
H8345
over u in het zesde
H8141
jaar
H8393
, dat het de inkomst
H7969
voor drie
H8141
jaren
H6213 H8804
zal voortbrengen.
22
H8066
Het achtste
H8141
jaar
H2232 H8804
nu zult gij zaaien
H3465
, en zult van de oude
H8393
inkomst
H398 H8804
eten
H8671
, tot het negende
H8141
jaar
H8393
toe; totdat zijn inkomst
H935 H8800
ingekomen is
H3465
, zult gij het oude
H398 H8799
eten.
23
H776
Het land
H6783
ook zal niet voor altoos
H4376 H8735
verkocht worden
H776
; want het land
H1616
is het Mijne, dewijl gij vreemdelingen
H8453
en bijwoners bij Mij zijt.
24
H776
Daarom zult gij, in het ganse land
H272
uwer bezitting
H1353
, lossing
H776
voor het land
H5414 H8799
toelaten.
25
H251
Wanneer uw broeder
H4134 H8799
zal verarmd zijn
H272
, en iets van zijn bezitting
H4376 H8804
verkocht zal hebben
H1350 H8802
, zo zal zijn losser
H7138
, die hem nabestaande
H935 H8804
is, komen
H4465
, en zal het verkochte
H251
zijns broeders
H1350 H8804
lossen.
26
H376
En wanneer iemand
H1350 H8802
geen losser
H3027
zal hebben, maar zijn hand
H5381 H8689
bekomen
H4672 H8804
en hij gevonden zal hebben
H1767
, zoveel genoeg
H1353
is tot zijn lossing;
27
H8141
Dan zal hij de jaren
H4465
zijner verkoping
H2803 H8765
rekenen
H5736 H8802
, en het overschot
H376
zal hij den man
H4376 H8804
, wien hij het verkocht had
H7725 H8689
, weder uitkeren
H7725 H0
; en hij zal weder
H272
tot zijn bezitting
H7725 H8804
komen.
28
H3027
Maar indien zijn hand
H4672 H8804
niet gevonden heeft
H1767
, wat genoeg
H7725 H8687
is, om aan hem weder uit te keren
H4465
, zo zal zijn verkochte goed
H3027
zijn in de hand
H7069 H8802
van deszelfs koper
H8141 H3104
tot het jubeljaar
H3104
toe; maar in het jubeljaar
H3318 H8804
zal het uitgaan
H272
, en hij zal tot zijn bezitting
H7725 H8804
wederkeren.
29
H376
Insgelijks, wanneer iemand
H4186 H1004
een woonhuis
H2346
[in] een bemuurde
H5892
stad
H4376 H8799
zal verkocht hebben
H1353
, zo zal zijn lossing
H8141
zijn, totdat het jaar
H4465
zijner verkoping
H8552 H8800
volkomen zal zijn
H3117
; in een vol jaar
H1353
zal zijn lossing wezen.
30
H1350 H8735
Maar is het, dat het niet gelost wordt
H8549
, tegen dat hem het gehele
H8141
jaar
H4390 H8800
zal vervuld zijn
H1004
, zo zal dat huis
H5892
, hetwelk in die stad
H2346
is, die een muur
H6783
heeft, voor altoos
H6965 H8804
blijven
H7069 H8802
aan hem, die dat gekocht heeft
H1755
, onder zijn geslachten
H3104
; het zal in het jubeljaar
H3318 H8799
niet uitgaan.
31
H1004
Doch de huizen
H2691
der dorpen
H5439
, die rondom
H2346
geen muur
H7704
hebben, zullen als het veld
H776
des lands
H2803 H8735
gerekend worden
H1353
; daarvoor zal lossing
H3104
zijn, en zij zullen in het jubeljaar
H3318 H8799
uitgaan.
32
H5892
Aangaande de steden
H3881
der Levieten
H1004
, [en] de huizen
H5892
der steden
H272
hunner bezitting
H3881
; de Levieten
H5769
zullen een eeuwige
H1353
lossing hebben.
33
H3881
En als men onder de Levieten
H1350 H8799
lossing zal gedaan hebben
H4465
, zo zal de koop
H1004
van het huis
H5892
en van de stad
H272
zijner bezitting
H3104
in het jubeljaar
H3318 H8804
uitgaan
H1004
; want de huizen
H5892
van de steden
H3881
der Levieten
H272
zijn hun bezitting
H8432
in het midden
H1121
van de kinderen
H3478
Israels.
34
H7704
Doch het veld
H4054
van de voorstad
H5892
hunner steden
H4376 H8735
zal niet verkocht worden
H5769
; want het is een eeuwige
H272
bezitting voor hen.
35
H251
En als uw broeder
H4134 H8799
zal verarmd zijn
H3027
, en zijn hand
H4131 H8804
bij u wankelen zal
H2388 H8689
, zo zult gij hem vasthouden
H1616
, [zelfs] een vreemdeling
H8453
en bijwoner
H2416
, opdat hij bij u leve.
36
H5392
Gij zult geen woeker
H8636
noch overwinst
H3947 H8799
van hem nemen
H3372 H8804
; maar gij zult vrezen
H430
voor uw God
H251
, opdat uw broeder
H2416
bij u leve.
37
H3701
Uw geld
H5392
zult gij hem niet op woeker
H5414 H8799
geven
H400
, en gij zult uw spijze
H4768
niet op overwinst
H5414 H8799
geven.
38
H3068
Ik ben de HEERE
H430
, uw God
H776 H4714
, Die u uit Egypteland
H3318 H8689
gevoerd heb
H776
, om u het land
H3667
Kanaan
H5414 H8800
te geven
H430
, opdat Ik u tot een God zij.
39
H251
Desgelijks, wanneer uw broeder
H4134 H8799
bij u zal verarmd zijn
H4376 H8738
, en zich aan u verkocht zal hebben
H5647 H8799
, gij zult hem niet doen dienen
H5656
den dienst
H5650
van een slaaf;
40
H7916
Als een dagloner
H8453
, als een bijwoner
H8141 H3104
zal hij bij u zijn; tot het jubeljaar
H5647 H8799
zal hij bij u dienen.
41
H3318 H8804
Dan zal hij van u uitgaan
H1121
, hij en zijn kinderen
H4940
met hem, en hij zal tot zijn geslacht
H7725 H8804
wederkeren
H272
, en tot de bezitting
H1
zijner vaderen
H7725 H8799
wederkeren.
42
H5650
Want zij zijn Mijn dienstknechten
H776 H4714
, die Ik uit Egypteland
H3318 H8689
uitgevoerd heb
H4376 H8735
; zij zullen niet verkocht worden
H4466
, gelijk
H5650
men een slaaf verkoopt.
43
H7287 H8799
Gij zult geen heerschappij over hem hebben
H6531
met wreedheid
H3372 H8804
; maar gij zult vrezen
H430
voor uw God.
44
H5650
Aangaande uw slaaf
H519
of uw slavin
H1471
, die gij zult hebben, die zullen van de volken
H5439
zijn, die rondom
H5650
u zijn; van die zult gij een slaaf
H519
of een slavin
H7069 H8799
kopen.
45
H7069 H8799
Gij zult ze ook kopen
H1121
van de kinderen
H8453
der bijwoners
H1481 H8802
, die bij u als vreemdelingen verkeren
H4940
, uit hen en uit hun geslachten
H776
, die bij u zullen zijn, die zij in uw land
H3205 H8689
zullen gewonnen hebben
H272
; en zij zullen u tot een bezitting zijn.
46
H5157 H8694
En gij zult u tot bezitters over hen stellen
H1121
voor uw kinderen
H310
na
H272
u, opdat zij de bezitting
H3423 H8800
erven
H5769
; gij zult hen in eeuwigheid
H5647 H8799
doen dienen
H251
; maar over uw broeders
H1121
, de kinderen
H3478
Israels
H376
, een iegelijk
H251
over zijn broeder
H7287 H8799
, gij zult over hem geen heerschappij hebben
H6531
met wreedheid.
47
H3027
En wanneer de hand
H1616
eens vreemdelings
H8453
en bijwoners
H5381 H8686
, die bij u is, [wat] bekomen zal hebben
H251
, en uw broeder
H4134 H8802
, die bij hem is, verarmd zal zijn
H1616
, dat hij zich aan den vreemdeling
H8453
, den bijwoner
H6133
, die bij u is, of aan den stam
H4940
van het geslacht
H1616
des vreemdelings
H4376 H8738
zal verkocht hebben;
48
H310
Nadat
H4376 H8738
hij zich zal verkocht hebben
H1353
, zal er lossing
H259
voor hem zijn; een
H251
van zijn broeders
H1350 H8799
zal hem lossen;
49
H1730
Of zijn oom
H1121
, of de zoon
H1730
zijns ooms
H1350 H8799
, zal hem lossen
H7607
, of die uit de naasten
H1320
zijns vleses
H4940
van zijn geslacht
H1350 H8799
is, zal hem lossen
H3027
; of heeft zijn hand
H5381 H8689
wat bekomen
H1350 H8738
, dat hij zichzelven losse.
50
H7069 H8802
En hij zal met zijn koper
H2803 H8765
rekenen
H8141
van dat jaar
H4376 H8736
af, dat hij zich aan hem verkocht heeft
H8141 H3104
tot het jubeljaar
H3701
toe; alzo dat het geld
H4465
zijner verkoping
H4557
zal zijn naar het getal
H8141
van de jaren
H3117
, naar de dagen
H7916
eens dagloners zal het met hem zijn.
51
H7227
Indien nog vele
H8141
van die jaren
H6310
zijn, naar
H1353
die zal hij tot zijn lossing
H3701
van het geld
H4736
, waarover hij gekocht
H7725 H8686
is, wedergeven.
52
H4592
En indien er nog weinige
H8141
van die jaren
H7604 H8738
overgebleven zijn
H8141 H3104
, tot aan het jubeljaar
H2803 H8765
, zo zal hij met hem rekenen
H6310
; naar
H8141
zijn jaren
H1353
zal hij zijn lossing
H7725 H8686
wedergeven.
53
H7916
Als een dagloner
H8141
zal hij van jaar
H8141
tot jaar
H7287 H8799
bij hem zijn; men zal over hem geen heerschappij hebben
H6531
met wreedheid
H5869
voor uw ogen.