Judges 6:37-40

DSV_Strongs(i)
  37 H2009 Zie H595 , ik H6785 zal een wollen H1492 vlies H1637 op den vloer H3322 H8688 leggen H518 ; indien H2919 er dauw H5921 op H1492 het vlies H909 alleen H1961 H8799 zal zijn H2721 , en droogte H5921 op H3605 de ganse H776 aarde H3045 H8804 , zo zal ik weten H3588 , dat H3478 Gij Israel H3027 door mijn hand H3467 H8686 zult verlossen H834 , gelijk als H1696 H8765 Gij gesproken hebt.
  38 H1961 H8799 En het geschiedde H3651 alzo H3588 ; want H4283 hij stond des anderen daags H7925 H8686 vroeg op H2115 H0 , en drukte H1492 het vlies H2115 H8799 uit H4680 H8799 , en hij wrong H2919 den dauw H4480 uit H1492 het vlies H5602 , een schaal H4393 vol H4325 waters.
  39 H1439 En Gideon H559 H8799 zeide H413 tot H430 God H639 : Uw toorn H2734 H8799 ontsteke H408 niet H6471 tegen mij, dat ik alleenlijk ditmaal H1696 H8762 spreke H389 ; laat mij toch H7535 alleenlijk H6471 ditmaal H1492 met het vlies H5254 H8762 verzoeken H1961 H8799 ; er zij H4994 toch H2721 droogte H413 op H1492 het vlies H909 alleen H5921 , en op H3605 de ganse H776 aarde H1961 H8799 zij H2919 dauw.
  40 H430 En God H6213 H8799 deed H3651 alzo H1931 in denzelven H3915 nacht H2721 ; want de droogte H1961 H8799 was H413 op H1492 het vlies H909 alleen H5921 , en op H3605 de ganse H776 aarde H1961 H8804 was H2919 dauw.