DSV_Strongs(i)
6
H7971 H8799
En zij zond heen
H7121 H8799
en riep
H1301
Barak
H1121
, den zoon
H42
van Abinoam
H6943
, van Kedes-nafthali
H559 H8799
; en zij zeide
H413
tot
H3068
hem: Heeft de HEERE
H430
, de God
H3478
Israels
H3808
, niet
H6680 H8765
geboden
H3212 H8798
: Ga heen
H4900 H8804
en trek op
H2022
den berg
H8396
Thabor
H3947 H8804
, en neem
H5973
met
H6235
u tien
H505
duizend
H376
man
H4480
, van
H1121
de kinderen
H5321
van Nafthali
H4480
, en van
H1121
de kinderen
H2074
van Zebulon?
7
H413
En Ik zal aan
H5158
de beek
H7028
Kison
H413
tot
H4900 H8804
u trekken
H5516
Sisera
H8269 H6635
, den krijgsoverste
H2985
van Jabin
H7393
, met zijn wagenen
H1995
en zijn menigte
H3027
; en Ik zal hem in uw hand
H5414 H8804
geven?
8
H559 H8799
Toen zeide
H1301
Barak
H413
tot
H518
haar: Indien
H5973
gij met
H3212 H8799
mij trekken zult
H1980 H8804
, zo zal ik heen trekken
H518
; maar indien
H3808
gij niet
H5973
met
H3212 H8799
mij zult trekken
H3808
, zo zal ik niet
H3212 H8799
trekken.
9
H559 H8799
En zij zeide
H1980 H8800
: Ik zal zekerlijk
H5973
met
H3212 H8799
u trekken
H657
, behalve
H3588
dat
H8597
de eer
H3808
de uwe niet
H1961 H8799
zal zijn
H5921
op
H1870
dezen weg
H834
, dien
H859
gij
H1980 H8802
wandelt
H3588
; want
H3068
de HEERE
H5516
zal Sisera
H4376 H8799
verkopen
H3027
in de hand
H802
ener vrouw
H6965 H0
. Alzo maakte
H1683
Debora
H6965 H8799
zich op
H3212 H8799
, en toog
H5973
met
H1301
Barak
H6943
naar Kedes.
10
H2199 H0
Toen riep
H1301
Barak
H2074
Zebulon
H5321
en Nafthali
H2199 H8686
bijeen
H6943
te Kedes
H5927 H8799
, en hij toog op
H7272
, op zijn voeten
H6235
, [met] tien
H505
duizend
H376
man
H5927 H0
; ook toog
H1683
Debora
H5973
met
H5927 H8799
hem op.
11
H2268
Heber
H7017
nu, de Keniet
H6504 H8737
, had zich afgezonderd
H4480
van
H7017
Kain
H4480
, uit
H1121
de kinderen
H2246
van Hobab
H4872
, Mozes'
H2859 H8802
schoonvader
H168
; en hij had zijn tenten
H5186 H8799
opgeslagen
H5704
tot
H436
aan den eik
H6815
in Zaanaim
H834
, die
H6943
bij Kedes is.
12
H5046 H8686
Toen boodschapten zij
H5516
Sisera
H3588
, dat
H1301
Barak
H1121
, de zoon
H42
van Abinoam
H2022
, op den berg
H8396
Thabor
H5927 H8804
getogen was.
13
H2199 H0
Zo riep
H5516
Sisera
H3605
al
H7393
zijn wagenen
H2199 H8686
bijeen
H8672 H3967
, negenhonderd
H1270
ijzeren
H7393
wagenen
H3605
, en al
H5971
het volk
H834
, dat
H854
met
H4480
hem was, van
H2800
Haroseth
H1471
der heidenen
H413
tot
H5158
de beek
H7028
Kison.
14
H1683
Debora
H559 H8799
dan zeide
H413
tot
H1301
Barak
H6965 H8798
: Maak u op
H3588
; want
H2088
dit
H3117
is de dag
H834
, in welken
H3068
de HEERE
H5516
Sisera
H3027
in uw hand
H5414 H8804
gegeven heeft
H3068
; is de HEERE
H3808
niet
H6440
voor uw aangezicht
H3318 H8804
henen uitgetogen
H3381 H0
? Zo trok
H1301
Barak
H4480
van
H2022
den berg
H8396
Thabor
H3381 H8799
af
H6235
, en tien
H505
duizend
H376
man
H310
achter hem.
15
H3068
En de HEERE
H2000 H8799
versloeg
H5516
Sisera
H3605
, met al
H7393
[zijn] wagenen
H3605
, en het ganse
H4264
heirleger
H6310
, door de scherpte
H2719
des zwaards
H6440
, voor het aangezicht
H1301
van Barak
H5516
; dat Sisera
H4480 H5921
van
H4818
den wagen
H3381 H8799
afklom
H5127 H8799
, en vluchtte
H7272
op zijn voeten.
16
H1301
En Barak
H7291 H8804
jaagde ze na
H310
, achter
H7393
de wagenen
H310
en achter
H4264
het heirleger
H5704
, tot
H2800
aan Haroseth
H1471
der heidenen
H3605
. En het ganse
H4264
heirleger
H5516
van Sisera
H5307 H8799
viel
H6310
door de scherpte
H2719
des zwaards
H3808
, dat er niet
H7604 H8738
overbleef
H5704
tot
H259
een toe.
17
H5516
Maar Sisera
H5127 H8804
vluchtte
H7272
op zijn voeten
H413
naar
H168
de tent
H3278
van Jael
H802
, de huisvrouw
H2268
van Heber
H7017
, den Keniet
H3588
; want
H7965
er was vrede
H996
tussen
H2985
Jabin
H4428
, den koning
H2674
van Hazor
H996
, en tussen
H1004
het huis
H2268
van Heber
H7017
, den Keniet.
18
H3278
Jael
H3318 H8799
nu ging uit
H5516
, Sisera
H7125 H8800
tegemoet
H559 H8799
, en zeide
H413
tot
H5493 H8798
hem: Wijk in
H113
, mijn heer
H5493 H8798
, wijk in
H413
tot
H3372 H8799
mij, vrees
H408
niet
H5493 H8799
! En hij week
H413
tot
H168
haar in de tent
H3680 H8762
, en zij bedekte
H8063
hem met een deken.
19
H559 H8799
Daarna zeide hij
H413
tot
H8248 H0
haar: Geef
H4994
mij toch
H4592
een weinig
H4325
waters
H8248 H8685
te drinken
H3588
, want
H6770 H8804
mij dorst
H6605 H8799
. Toen opende zij
H4997 H2461
een melkfles
H8248 H8686
, en gaf hem te drinken
H3680 H8762
, en dekte hem toe.
20
H559 H8799
Ook zeide hij
H413
tot
H5975 H8798
haar: Sta
H6607
in de deur
H168
der tent
H1961 H8804
; en het zij
H518
, zo
H376
iemand
H935 H8799
zal komen
H7592 H8804
, en u vragen
H559 H8804
, en zeggen
H3426
: Is hier
H376
iemand
H559 H8804
? dat gij zegt
H369
: Niemand.
21
H3947 H8799
Daarna nam
H3278
Jael
H802
, de huisvrouw
H2268
van Heber
H3489
, een nagel
H168
der tent
H7760 H8799
, en greep
H4718
een hamer
H3027
in haar hand
H935 H8799
, en ging
H3814
stilletjes
H413
tot
H8628 H8799
hem in, en dreef
H3489
den nagel
H7541
in den slaap zijns hoofds
H776
, dat hij in de aarde
H6795 H8799
vast werd
H1931
; hij
H7290 H8738
nu was met een diepen slaap bevangen
H5774 H8799
en vermoeid
H4191 H8799
, en stierf.
22
H2009
En ziet
H1301
, Barak
H7291 H8802
vervolgde
H5516
Sisera
H3278
; en Jael
H3318 H8799
ging uit
H7125 H8800
hem tegemoet
H559 H8799
, en zeide
H3212 H8798
tot hem: Kom
H376
, en ik zal u den man
H7200 H8686
wijzen
H834
, dien
H859
gij
H1245 H8764
zoekt
H935 H8799
. Zo kwam hij
H413
tot
H2009
haar in, en ziet
H5516
, Sisera
H5307 H8802
lag
H4191 H8801
dood
H3489
, en de nagel
H7541
was in den slaap zijns hoofds.