Job 3:3-10

DSV_Strongs(i)
  3 H3117 De dag H6 H8799 verga H3205 H8735 , waarin ik geboren ben H3915 , en de nacht H559 H8804 , [waarin] men zeide H1397 : Een knechtje H2029 H8795 is ontvangen;
  4 H1931 Diezelve H3117 dag H1961 H8799 zij H2822 duisternis H433 ; dat God H408 naar hem niet H1875 H8799 vrage H4480 van H4605 boven H408 ; en dat geen H5105 glans H3313 H8686 over hem schijne;
  5 H2822 Dat de duisternis H6757 en des doods schaduw H1350 H8799 hem verontreinigen H6053 ; dat wolken H5921 over H7931 H8799 hem wonen H1204 H8762 ; dat hem verschrikken H3650 de zwarte dampen H3117 des dags!
  6 H1931 Diezelve H3915 nacht H652 , donkerheid H3947 H8799 neme H408 hem in; dat hij zich niet H2302 H8799 verheuge H3117 onder de dagen H8141 des jaars H4557 ; dat hij in het getal H3391 der maanden H408 niet H935 H8799 kome!
  7 H2009 Ziet H1931 , diezelve H3915 nacht H191 H8799 zij H1565 eenzaam H408 ; dat geen H7445 vrolijk gezang H935 H8799 daarin kome;
  8 H5344 H8799 Dat hem vervloeken H779 H8802 de vervloekers H3117 des dags H6264 , die bereid H3882 zijn hun rouw H5782 H8788 te verwekken;
  9 H3556 Dat de sterren H5399 van zijn schemertijd H2821 H8799 verduisterd worden H6960 H8762 ; hij wachte H216 naar het licht H369 , en het worde niet H7200 H8799 ; en hij zie H408 niet H6079 de oogleden H7837 des dageraads!
  10 H3588 Omdat H3808 hij niet H5462 H8804 toegesloten heeft H1817 de deuren H990 mijns buiks H5641 H8686 , noch verborgen H5999 de moeite H4480 van H5869 mijn ogen.