DSV_Strongs(i)
8
H1263
En Baruch
H1121
, de zoon
H5374
van Nerija
H6213 H8799
, deed
H5030
naar alles, wat hem de profeet
H3414
Jeremia
H6680 H8765
geboden had
H7121 H8800
, lezende
H5612
in dat boek
H1697
de woorden
H3068
des HEEREN
H1004
, [in] het huis
H3068
des HEEREN.
9
H2549
Want het geschiedde in het vijfde
H8141
jaar
H3079
van Jojakim
H1121
, den zoon
H2977
van Josia
H4428
, den koning
H3063
van Juda
H8671
, in de negende
H2320
maand
H6685
, [dat] zij een vasten
H3068
voor des HEEREN
H6440
aangezicht
H7121 H8804
uitriepen
H5971
, allen volke
H3389
te Jeruzalem
H5971
, mitsgaders allen volke
H5892
, die uit de steden
H3063
van Juda
H3389
te Jeruzalem
H935 H8802
kwamen.
10
H7121 H8799
Zo las
H1263
Baruch
H5612
in dat boek
H1697
de woorden
H3414
van Jeremia
H3068
[in] des HEEREN
H1004
huis
H3957
, in de kamer
H1587
van Gemarja
H1121
, den zoon
H8227
van Safan
H5608 H8802
, den schrijver
H5945
, in het bovenste
H2691
voorhof
H6607
, [aan] de deur
H2319
der nieuwe
H8179
poort
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H241
, voor de oren
H5971
des gansen volks.
11
H4321
Als nu Michaja
H1121
, de zoon
H1587
van Gemarja
H1121
, den zoon
H8227
van Safan
H1697
, al de woorden
H3068
des HEEREN
H5612
uit dat boek
H8085 H8799
gehoord had;
12
H3381 H8799
Zo ging hij af
H1004
ten huize
H4428
des konings
H3957
in de kamer
H5608 H8802
des schrijvers
H3427 H8802
; en ziet, aldaar zaten
H8269
al de vorsten
H476
: Elisama
H5608 H8802
, de schrijver
H1806
, en Delaja
H1121
, de zoon
H8098
van Semaja
H494
, en Elnathan
H1121
, de zoon
H5907
van Achbor
H1587
, en Gemarja
H1121
, de zoon
H8227
van Safan
H6667
, en Zedekia
H1121
, de zoon
H2608
van Hananja
H8269
, en al de vorsten.
13
H4321
En Michaja
H5046 H8686
maakte hun bekend
H1697
al de woorden
H8085 H8804
, die hij gehoord had
H1263
, als Baruch
H5612
uit dat boek
H7121 H8800
las
H241
voor de oren
H5971
des volks.
14
H7971 H8799
Toen zonden
H8269
al de vorsten
H3065
Jehudi
H1121
, den zoon
H5418
van Nethanja
H1121
, den zoon
H8018
van Selemja
H1121
, den zoon
H3570
van Cuschi
H1263
, tot Baruch
H559 H8800
, om te zeggen
H4039
: De rol
H241
, waarin gij voor de oren
H5971
des volks
H7121 H8804
gelezen hebt
H3947 H8798
, neem
H3027
die in uw hand
H3212 H8798
, en kom
H3947 H8799
. Alzo nam
H1263
Baruch
H1121
, de zoon
H5374
van Nerija
H4039
, de rol
H3027
in zijn hand
H935 H8799
, en kwam tot hen.
15
H559 H8799
En zij zeiden
H3427 H8798
tot hem: Zit toch neder
H7121 H8798
, en lees
H241
ze voor onze oren
H1263
; en Baruch
H7121 H8799
las
H241
voor hun oren.
16
H1697
En het geschiedde, als zij al de woorden
H8085 H8800
hoorden
H6342 H8804
, [dat] zij verschrikten
H376
, de een
H413
tegen
H7453
den ander
H559 H8799
; en zij zeiden
H1263
tot Baruch
H5046 H8687
: Voorzeker
H1697
zullen wij al deze woorden
H4428
den koning
H5046 H8686
bekend maken.