DSV_Strongs(i)
7
H559 H8799
En gij zeidet
H1404
: Ik zal koningin
H5769
zijn in eeuwigheid
H3820
; tot nog toe hebt gij deze dingen niet in uw hart
H7760 H8804
genomen
H319
, gij hebt aan het einde
H2142 H8804
daarvan niet gedacht.
8
H8085 H8798
Nu dan, hoor
H5719
dit, gij weelderige
H983
! die zo zeker
H3427 H8802
woont
H3824
, die in haar hart
H559 H8802
zegt
H657
: Ik ben het, en niemand
H490
meer dan ik: ik zal geen weduwe
H3427 H8799
zitten
H7908
, noch de beroving van kinderen
H3045 H8799
kennen.
9
H8147
Doch deze beide
H7281
dingen zullen u in een ogenblik
H935 H8799
overkomen
H259
, op een
H3117
dag
H7908
, de beroving van kinderen
H489
en weduwschap
H8537
; volkomenlijk
H935 H8804
zullen zij u overkomen
H7230
, vanwege de veelheid
H3785
uwer toverijen
H3966 H6109
, vanwege de menigte
H2267
uwer bezweringen.