DSV_Strongs(i)
5
H3478
Dies zal Israel
H1347
hovaardij
H6440
in zijn aangezicht
H6030
getuigen
H3478
; en Israel
H669
en Efraim
H3782
zullen vallen
H5771
door hun ongerechtigheid
H3063
; ook zal Juda
H3782
met hen vallen.
6
H6629
Met hun schapen
H1241
, en met hun runderen
H3212
zullen zij [dan] gaan
H3068
, om den HEERE
H1245
te zoeken
H4672
, maar niet vinden
H2502
; Hij heeft Zich van hen onttrokken.
7
H898
Zij hebben trouwelooslijk gehandeld
H3068
tegen den HEERE
H2114
; want zij hebben vreemde
H1121
kinderen
H3205
gewonnen
H2320
; nu zal hen de nieuwe maand
H398
verteren
H2506
met hun delen.
8
H8628
Blaast
H7782
de bazuin
H1390
te Gibea
H2689
, de trompet
H7414
te Rama
H7321
; roept luide
H1007
[te] Beth-aven
H310
; achter
H1144
u, Benjamin!
9
H669
Efraim
H8047
zal tot verwoesting worden
H3117
, ten dage
H8433
der straf
H7626
; onder de stammen
H3478
Israels
H3045
heb Ik bekend gemaakt
H539
, dat gewis is.
10
H8269
De vorsten
H3063
van Juda
H1366
zijn geworden, gelijk die de landpalen
H5253
verrukken
H5678
; Ik zal Mijn verbolgenheid
H4325
, als water
H8210
, over hen uitgieten.
11
H669
Efraim
H6231
is verdrukt
H7533
, hij is verpletterd
H4941
met recht
H2974
; want hij heeft [zo] gewild
H1980
; hij heeft gewandeld
H310
naar
H6673
het gebod.
12
H669
Daarom zal Ik Efraim
H6211
zijn als een mot
H1004
, en den huize
H3063
van Juda
H7538
als een verrotting.