Genesis 44

DSV_Strongs(i)
  1 H6680 H8762 En hij gebood H834 dengene, die H5921 over H1004 zijn huis H559 H8800 was, zeggende H4390 H8761 : Vul H572 de zakken H582 dezer mannen H400 met spijze H834 , naar dat H3201 H8799 zij zullen kunnen H5375 H8800 dragen H7760 H8798 , en leg H376 ieders mans H3701 geld H6310 in den mond H572 van zijn zak;
  2 H1375 En mijn beker H3701 , den zilveren H1375 beker H7760 H8799 , zult gij leggen H6310 in den mond H572 van den zak H6996 des kleinsten H3701 , met het geld H7668 van zijn koren H6213 H8799 . En hij deed H3130 naar Jozefs H1697 woord H834 , hetwelk H1696 H8765 hij gesproken had.
  3 H1242 Des morgens H215 H8804 , als het licht werd H582 , zo liet men deze mannen H7971 H8795 trekken H1992 , hen H2543 en hun ezelen.
  4 H1992 Zij H5892 zijn ter stad H3318 H8804 uitgegaan H3808 ; zij waren niet H7368 H8689 verre gekomen H3130 , als Jozef H834 tot dengene, die H5921 over H1004 zijn huis H559 H8804 was, zeide H6965 H8798 : Maak u op H7291 H8798 , en jaag H582 die mannen H310 achterna H5381 H8689 ; en als gij hen zult achterhaald hebben H413 , zo zult gij tot H559 H8804 hen zeggen H4100 : Waarom H7451 hebt gij kwaad H8478 voor H2896 goed H7999 H8765 vergolden?
  5 H2088 Is het deze H3808 niet H834 , waaruit H113 mijn heer H8354 H8799 drinkt H1931 ? en waarbij hij H5172 H8763 [iets] zekerlijk H5172 H8762 waarnemen zal H7489 H8689 ? Gij hebt kwalijk gedaan H834 , wat H6213 H8804 gij gedaan hebt.
  6 H5381 H8686 En hij achterhaalde H1696 H8762 hen, en sprak H413 tot H428 hen diezelfde H1697 woorden.
  7 H559 H8799 En zij zeiden H413 tot H4100 hem: Waarom H1696 H8762 spreekt H113 mijn heer H428 zulke H1697 woorden H2486 ? Het zij verre H5650 van uw knechten H4480 , dat H2088 zij zodanig H1697 een ding H6213 H8800 doen zouden.
  8 H2005 Zie H3701 , het geld H834 , dat H6310 wij in den mond H572 onzer zakken H4672 H8804 vonden H413 , hebben wij tot H4480 u uit H776 het land H3667 Kanaan H7725 H8689 wedergebracht H349 ; hoe H4480 zouden wij dan uit H1004 het huis H113 uws heren H3701 zilver H176 of H2091 goud H1589 H8799 stelen?
  9 H854 Bij H834 wien H4480 van H5650 uw knechten H4672 H8735 hij gevonden zal worden H4191 H8804 , dat hij sterve H1571 ; en ook H587 zullen wij H113 mijn heer H5650 tot slaven H1961 H8799 zijn!
  10 H559 H8799 En hij zeide H1931 : Dit H6258 zij nu H1571 ook H3651 alzo H1697 , naar uw woorden H854 ! Bij H834 wien H4672 H8735 hij gevonden wordt H1961 H8799 , die zij H5650 mijn slaaf H859 ; maar gijlieden H5355 zult onschuldig H1961 H8799 zijn.
  11 H4116 H8762 En zij haastten H376 , en iegelijk H3381 H0 zette H572 zijn zak H3381 H8686 af H776 op de aarde H376 , en iegelijk H6605 H8799 opende H572 zijn zak.
  12 H2664 H8762 En hij doorzocht H2490 H8689 , beginnende H1419 met den grootste H3615 H8765 , en voleindigende H6996 met den kleinste H1375 ; en die beker H4672 H8735 werd gevonden H572 in den zak H1144 van Benjamin.
  13 H7167 H8799 Toen scheurden zij H8071 hun klederen H376 ; en ieder man H6006 H8799 laadde H2543 zijn ezel H5921 op H7725 H8799 , en zij keerden weder H5892 naar de stad.
  14 H3063 En Juda H935 H8799 kwam H251 met zijn broederen H1004 in het huis H3130 van Jozef H1931 ; want hij H5750 was nog H8033 zelf aldaar H5307 H0 ; en zij vielen H6440 voor zijn aangezicht H5307 H8799 neder H776 ter aarde.
  15 H3130 En Jozef H559 H8799 zeide H4100 tot hen: Wat H4639 daad H2088 is dit H834 , die H6213 H8804 gij gedaan hebt H3045 H8804 ? Weet gij H3808 niet H3588 , dat H376 zulk een man H834 H3644 als H5172 H8763 ik [dat] zekerlijk H5172 H8762 waarnemen zoude?
  16 H559 H8799 Toen zeide H3063 Juda H4100 : Wat H113 zullen wij tot mijn heer H559 H8799 zeggen H4100 , wat H1696 H8762 zullen wij spreken H4100 , en wat H6663 H8691 zullen wij ons rechtvaardigen H430 ? God H5771 heeft de ongerechtigheid H5650 uwer knechten H4672 H8804 gevonden H2009 ; zie H113 , wij zijn mijns heren H5650 slaven H1571 , zo H587 wij H1571 , als H834 hij, in wiens H3027 hand H1375 de beker H4672 H8738 gevonden is.
  17 H559 H8799 Maar hij zeide H2486 : Het zij verre H4480 van H2063 mij zulks H6213 H8800 te doen H376 ! de man H834 , in wiens H3027 hand H1375 de beker H4672 H8738 gevonden is H1931 , die H5650 zal mijn slaaf H1961 H8799 zijn H5927 H0 ; doch trekt H859 gijlieden H5927 H8798 op H7965 in vrede H413 tot H1 uw vader.
  18 H5066 H8799 Toen naderde H3063 Juda H413 tot H559 H8799 hem, en zeide H994 : Och H113 , mijn heer H4994 ! laat toch H5650 uw knecht H1697 een woord H1696 H8762 spreken H113 voor mijns heren H241 oren H639 , en laat uw toorn H5650 tegen uw knecht H408 niet H2734 H8799 ontsteken H3588 ; want H3644 gij zijt even gelijk H6547 Farao!
  19 H113 Mijn heer H7592 H8804 vraagde H5650 zijn knechten H559 H8800 , zeggende H3426 : Hebt H1 gijlieden een vader H176 , of H251 broeder?
  20 H559 H8799 Zo zeiden wij H413 tot H113 mijn heer H3426 : Wij hebben H2205 een ouden H1 vader H3206 , en een jongeling H2208 des ouderdoms H6996 , den kleinsten H251 , wiens broeder H4191 H8804 dood is H1931 , en hij H909 is alleen H517 van zijn moeder H3498 H8735 overgebleven H1 , en zijn vader H157 H8804 heeft hem lief.
  21 H559 H8799 Toen zeidet gij H413 tot H5650 uw knechten H3381 H8685 : Brengt hem af H413 tot H5869 mij, dat ik mijn oog H5921 op H7760 H8799 hem sla.
  22 H559 H8799 En wij zeiden H413 tot H113 mijn heer H5288 : Die jongeling H1 zal zijn vader H3808 niet H3201 H8799 kunnen H5800 H8800 verlaten H1 ; indien hij zijn vader H5800 H8804 verlaat H4191 H8804 , zo zal hij sterven.
  23 H559 H8799 Toen zeidet gij H413 tot H5650 uw knechten H3808 : Indien H6996 uw kleinste H251 broeder H854 met H3808 u niet H3381 H8799 afkomt H6440 , zo zult gij mijn aangezicht H3808 niet H3254 H8686 meer H7200 H8800 zien.
  24 H1961 H8799 En het is geschied H3588 , als H413 wij tot H5650 uw knecht H1 , mijn vader H5927 H8804 , opgetrokken zijn H1697 , en wij hem de woorden H113 mijns heren H5046 H8686 verhaald hebben;
  25 H1 En dat onze vader H559 H8799 gezegd heeft H7725 H8798 : Keert weder H7666 H8798 . koopt H4592 ons een weinig H400 spijze;
  26 H559 H8799 Zo hebben wij gezegd H3808 : Wij zullen niet H3201 H8799 mogen H3381 H8800 aftrekken H518 ; indien H6996 onze kleinste H251 broeder H854 bij H3426 ons is H3381 H8804 , zo zullen wij aftrekken H3588 ; want H6440 wij zullen het aangezicht H376 van dien man H3808 niet H3201 H8799 mogen H7200 H8800 zien H6996 , zo deze onze kleinste H251 broeder H369 H0 niet H854 bij H369 ons is.
  27 H559 H8799 Toen zeide H5650 uw knecht H1 , mijn vader H413 , tot H859 ons: Gijlieden H3045 H8804 weet H3588 , dat H802 mijn huisvrouw H8147 er mij twee H3205 H8804 gebaard heeft.
  28 H259 En de een H4480 H854 is van H3318 H8799 mij uitgegaan H559 H8799 , en ik heb gezegd H389 : Voorwaar H2963 H8800 , hij is gewisselijk H2963 H8776 verscheurd geworden H3808 ! en ik heb hem niet H7200 H8804 gezien H5704 tot H2008 nu toe.
  29 H2088 Indien gij nu dezen H1571 ook H4480 H5973 van H6440 mijn aangezicht H3947 H8804 wegneemt H611 , en hem een verderf H7136 H8804 ontmoette H7872 , zo zoudt gij mijn grauwe haren H7451 met jammer H7585 ten grave H3381 H8689 doen nederdalen!
  30 H6258 Nu dan H413 , als ik tot H5650 uw knecht H1 , mijn vader H935 H8800 , kome H5288 , en de jongeling H369 is niet H854 bij H5315 ons (alzo zijn ziel H5315 aan de ziel H7194 H8803 van dezen gebonden is),
  31 H1961 H8804 Zo zal het geschieden H7200 H8800 , als hij ziet H3588 , dat H5288 de jongeling H369 er niet is H4191 H8804 , dat hij sterven zal H5650 ; en uw knechten H7872 zullen de grauwe haren H5650 van uw knecht H1 , onzen vader H3015 , met droefenis H7585 ten grave H3381 H8689 doen nederdalen.
  32 H3588 Want H5650 uw knecht H5288 is voor deze jongeling H6148 H8804 borg H4480 H5973 bij H1 mijn vader H559 H8800 , zeggende H518 : Zo H413 ik hem tot H3808 u niet H935 H8686 wederbreng H1 , zo zal ik tegen mijn vader H3605 alle H3117 dagen H2398 H8804 gezondigd hebben!
  33 H6258 Nu dan H4994 , laat toch H5650 uw knecht H8478 voor H5288 dezen jongeling H5650 slaaf H113 van mijn heer H3427 H8799 blijven H5288 , en laat den jongeling H5973 met H251 zijn broederen H5927 H8799 optrekken!
  34 H3588 Want H349 hoe H5927 H8799 zoude ik optrekken H413 tot H1 mijn vader H5288 , indien de jongeling H369 H0 niet H854 met H369 mij was H6435 H0 , opdat H7451 ik den jammer H6435 niet H7200 H8799 zie H834 , welke H1 mijn vader H4672 H8799 overkomen zou.