DSV_Strongs(i)
18
H3117
Maar het zal geschieden te dien dage
H3117
, ten dage
H1463
als Gog
H127
tegen het land
H3478
Israels
H935 H8800
zal aankomen
H5002 H8803
, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H2534
, dat Mijn grimmigheid
H639
in Mijn neus
H5927 H8799
zal opkomen.
19
H1696 H8765
Want Ik heb gesproken
H7068
in Mijn ijver
H784
, in het vuur
H5678
Mijner verbolgenheid
H3117
: Zo er niet, te dien dage
H1419
, een groot
H7494
beven
H127
zal zijn in het land
H3478
Israels!
20
H6440
Zodat van Mijn aangezicht
H7493 H8804
beven zullen
H1709
de vissen
H3220
der zee
H5775
, en het gevogelte
H8064
des hemels
H2416
, en het gedierte
H7704
des velds
H7431
, en al het kruipend gedierte
H127
, dat op het aardrijk
H7430 H8802
kruipt
H120
, en alle mensen
H6440 H127
, die op den aardbodem
H2022
zijn; en de bergen
H2040 H8738
zullen nedergeworpen worden
H4095
, en de steile plaatsen
H5307 H8804
zullen nedervallen
H2346
, en alle muren
H776
zullen ter aarde
H5307 H8799
nedervallen.
21
H2719
Want Ik zal het zwaard
H7121 H8804
over hem roepen
H2022
op al Mijn bergen
H5002 H8803
, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H2719
; het zwaard
H376
van een ieder
H251
zal tegen zijn broeder zijn.
22
H8199 H8738
En Ik zal met hem rechten
H1698
, door pestilentie
H1818
en door bloed
H7857 H8802
; en Ik zal een overstelpenden
H1653
plasregen
H417 H68
, en grote hagelstenen
H784
, vuur
H1614
en zwavel
H4305 H8686
regenen
H102
op hem, en op zijn benden
H7227
, en op de vele
H5971
volken, die met hem zullen zijn.