Exodus 9:18-29

DSV_Strongs(i)
  18 H4279 Zie, Ik zal morgen H6256 omtrent dezen tijd H3966 een zeer H3515 zwaren H1259 hagel H4305 H8688 doen regenen H3644 , desgelijks H4714 in Egypte H7760 H8804 niet geweest is H4480 van H3117 dien dag H3245 H8736 af, dat het gegrond is, tot nu toe.
  19 H7971 H8798 En nu, zend heen H5756 H8685 , vergader H4735 uw vee H7704 , en alles wat gij op het veld H120 hebt; alle mens H929 en gedierte H7704 , dat op het veld H4672 H8735 gevonden zal worden H1004 , en niet in huis H622 H8735 verzameld zal zijn H1259 , als deze hagel H3381 H8804 op hen vallen zal H4191 H8804 , zo zullen zij sterven.
  20 H6547 Wie onder Farao's H5650 knechten H3068 des HEEREN H1697 woord H3373 vreesde H5650 , die deed zijn knechten H4735 en zijn vee H1004 in de huizen H5127 H8689 vlieden;
  21 H3820 Doch die zijn hart H7760 H8804 niet zette H3068 tot des HEEREN H1697 woord H5800 H8799 , die liet H5650 zijn knechten H4735 en zijn vee H7704 op het veld.
  22 H559 H8799 Toen zeide H3068 de HEERE H4872 tot Mozes H5186 H8798 : Strek H3027 uw hand H8064 uit naar den hemel H1259 , en er zal hagel H776 H4714 zijn in het ganse Egypteland H120 ; over de mensen H929 , en over het vee H6212 , en over al het kruid H7704 des velds H776 H4714 in Egypteland.
  23 H5186 H8799 Toen strekte H4872 Mozes H4294 zijn staf H8064 naar den hemel H3068 ; en de HEERE H5414 H8804 gaf H6963 donder H1259 en hagel H784 , en het vuur H1980 H8799 schoot H776 naar de aarde H3068 ; en de HEERE H1259 liet hagel H4305 H8686 regenen H776 H4714 over Egypteland.
  24 H1259 En er was hagel H784 , en vuur H8432 in het midden H1259 des hagels H3947 H8693 vervangen H3966 ; hij was zeer H3515 zwaar H776 H4714 ; desgelijks is in het ganse Egypteland H3808 nooit H1471 geweest, sedert het tot een volk geweest is.
  25 H1259 En de hagel H5221 H8686 sloeg H776 H4714 , in het ganse Egypteland H7704 , alles wat op het veld H120 was, van de mensen H929 af tot de beesten H5221 H8689 toe; ook sloeg H1259 de hagel H6212 al het kruid H7704 des velds H7665 H8765 , en verbrak H6086 al het geboomte H7704 des velds.
  26 H776 Alleen in het land H1657 Gosen H1121 , waar de kinderen H3478 Israels H1259 waren, daar was geen hagel.
  27 H7971 H8799 Toen schikte H6547 Farao H7121 H8799 heen, en hij riep H4872 Mozes H175 en Aaron H559 H8799 , en zeide H6471 tot hen: Ik heb mij ditmaal H2398 H8804 verzondigd H3068 ; de HEERE H6662 is rechtvaardig H5971 ; ik daarentegen en mijn volk H7563 zijn goddelozen!
  28 H6279 H8685 Bidt vuriglijk H3068 tot den HEERE H7227 (want het is genoeg H6963 ), dat geen donder H430 Gods H1259 noch hagel H7971 H8762 meer zij; dan zal ik ulieden trekken laten H3254 H8686 , en gij zult niet langer H5975 H8800 blijven.
  29 H559 H8799 Toen zeide H4872 Mozes H5892 tot hem: Wanneer ik ter stad H3318 H8800 uitgegaan zal zijn H3709 , zo zal ik mijn handen H6566 H8799 uitbreiden H3068 voor den HEERE H6963 ; de donder H2308 H8799 zal ophouden H1259 , en de hagel H3045 H8799 zal niet meer zijn; opdat gij weet H776 , dat de aarde H3068 des HEEREN is!