2 Kings 6

DSV_Strongs(i)
  1 H1121 En de kinderen H5030 der profeten H559 H8799 zeiden H413 H6440 tot H477 Elisa H2009 : Zie H4994 nu H4725 , de plaats H834 H8033 , waar H587 wij H3427 H8802 wonen H6440 voor uw aangezicht H4480 , is voor H6862 ons te eng.
  2 H4994 Laat ons toch H5704 tot aan H3383 de Jordaan H3212 H8799 gaan H376 , en elk H4480 van H8033 daar H259 een H6982 timmerhout H3947 H8799 halen H8033 , dat wij ons daar H4725 een plaats H6213 H8799 maken H8033 , om er H3427 H8800 te wonen H559 H8799 . En hij zeide H3212 H8798 : Gaat heen.
  3 H559 H8799 En er zeide H259 een H2974 H8685 : Het believe u H4994 toch H3212 H8798 te gaan H5650 met uw knechten H559 H8799 . En hij zeide H589 : Ik H3212 H8799 zal gaan.
  4 H3212 H8799 Zo ging hij H854 met H3383 hen. Als zij nu aan de Jordaan H935 H8799 gekomen waren H1504 H8799 , hieuwen zij H6086 hout af.
  5 H1961 H8799 En het geschiedde H259 , als een H6982 het timmerhout H5307 H8688 velde H1270 , dat het ijzer H413 in H4325 het water H5307 H8804 viel H6817 H8799 ; en hij riep H559 H8799 , en zeide H162 : Ach H113 , mijn heer H1931 , want het H7592 H8803 was geleend.
  6 H376 En de man H430 Gods H559 H8799 zeide H575 : Waar H5307 H8804 is het gevallen H4725 ? En toen hij hem de plaats H7200 H8686 gewezen had H7094 H8799 , sneed hij H6086 een hout H7993 H8686 af, en wierp H8033 het daarhenen H1270 , en deed het ijzer H6687 H8686 boven zwemmen.
  7 H559 H8799 En hij zeide H7311 H8685 : Neem H7971 H0 het tot u op. Toen stak hij H3027 zijn hand H7971 H8799 uit H3947 H8799 , en nam het,
  8 H4428 En de koning H758 van Syrie H1961 H8804 H3898 H8737 voerde krijg H3478 tegen Israel H3289 H8735 , en beraadslaagde zich H413 met H5650 zijn knechten H559 H8800 , zeggende H8466 : Mijn legering H413 zal zijn in H4725 de plaats H6423 van zulk H492 een.
  9 H376 Maar de man H430 Gods H7971 H8799 zond henen H413 tot H4428 den koning H3478 van Israel H559 H8800 , zeggende H8104 H8734 : Wacht u H2088 , dat gij door die H4725 plaats H4480 niet H5674 H8800 trekt H3588 , want H758 de Syriers H8033 zijn daarhenen H5185 afgekomen.
  10 H7971 H8799 Daarom zond H4428 de koning H3478 van Israel H413 henen aan H4725 die plaats H834 , waarvan H376 hem de man H430 Gods H559 H8804 gezegd H2094 H8689 en hem gewaarschuwd had H8104 H8738 , en wachtte zich H8033 aldaar H3808 , niet H259 eenmaal H3808 , noch H8147 tweemaal.
  11 H3820 Toen werd het hart H4428 des konings H758 van Syrie H5590 H8735 onstuimig H5921 over H2088 dezen H1697 handel H7121 H8799 H413 ; en hij riep H5650 zijn knechten H559 H8799 , en zeide H413 tot H3808 hen: Zult gij mij dan niet H5046 H8686 te kennen geven H4310 , wie H4480 H681 van H413 de onzen zij voor H4428 den koning H3478 van Israel?
  12 H259 En een H4480 van H5650 zijn knechten H559 H8799 zeide H3808 : Neen H113 , mijn heer H4428 koning H3588 ! Maar H477 Elisa H5030 , de profeet H834 , die H3478 in Israel H5046 H0 is, geeft H4428 den koning H3478 van Israel H5046 H8686 te kennen H1697 de woorden H834 , die H2315 H4904 gij in uw binnenste slaapkamer H1696 H8762 spreekt.
  13 H559 H8799 En hij zeide H3212 H8798 : Gaat heen H7200 H8798 , en ziet H351 , waar H1931 hij H7971 H8799 is, dat ik zende H3947 H8799 en hem halen late H5046 H8714 . En hem werd te kennen gegeven H559 H8800 , zeggende H2009 : Zie H1886 , hij is te Dothan.
  14 H7971 H8799 Toen zond hij H8033 daarhenen H5483 paarden H7393 , en wagenen H3515 , en een zwaar H2428 heir H3915 ; welke des nachts H935 H8799 kwamen H5362 H8686 H5921 , en omsingelden H5892 de stad.
  15 H8334 H8764 En de dienaar H376 van den man H430 Gods H6965 H0 stond H7925 H8686 zeer vroeg H6965 H8800 op H3318 H8799 , en ging uit H2009 ; en ziet H2428 , een heir H5437 H8802 omringde H5892 de stad H5483 met paarden H7393 en wagenen H559 H8799 . Toen zeide H5288 zijn jongen H413 tot H162 hem: Ach H113 , mijn heer H349 , hoe H6213 H8799 zullen wij doen.
  16 H559 H8799 En hij zeide H3372 H8799 : Vrees H408 niet H3588 ; want H834 die H853 bij H7227 ons zijn, zijn meer H4480 , dan H834 die H854 bij hen zijn.
  17 H477 En Elisa H6419 H8691 bad H559 H8799 , en zeide H3068 : HEERE H6491 H8798 , open H4994 toch H5869 zijn ogen H7200 H8799 , dat hij zie H3068 ! En de HEERE H6491 H8799 opende H5869 de ogen H5288 van den jongen H7200 H8799 , dat hij zag H2009 ; en ziet H2022 , de berg H4390 H8804 was vol H784 vurige H5483 paarden H7393 en wagenen H5439 rondom H477 Elisa.
  18 H413 Als zij nu tot H3381 H8799 hem afkwamen H6419 H8691 , bad H477 Elisa H413 tot H3068 den HEERE H559 H8799 , en zeide H5221 H8685 : Sla H4994 toch H2088 dit H1471 volk H5575 met verblindheden H5221 H8686 . En Hij sloeg H5575 hen met verblindheden H1697 , naar het woord H477 van Elisa.
  19 H559 H8799 Toen zeide H477 Elisa H413 tot H2088 hen: Dit H1870 is de weg H3808 niet H2090 , en dit H5892 is de stad H3808 niet H3212 H8798 ; volgt H310 mij na H853 , en ik zal u H3212 H8686 leiden H413 tot H376 den man H834 , dien H1245 H8762 gij zoekt H3212 H8686 ; en hij leidde H853 hen H8111 naar Samaria.
  20 H1961 H8799 En het geschiedde H8111 , als zij te Samaria H935 H8800 gekomen waren H477 , dat Elisa H559 H8799 zeide H3068 : HEERE H6491 H8798 , open H5869 de ogen H428 van dezen H7200 H8799 , dat zij zien H3068 ! En de HEERE H6491 H8799 opende H5869 hun ogen H7200 H8799 , dat zij zagen H2009 ; en ziet H8432 , zij waren in het midden H8111 van Samaria.
  21 H4428 En de koning H3478 van Israel H559 H8799 zeide H413 tot H477 Elisa H853 , als hij hen H7200 H8800 zag H5221 H8686 : Zal ik hen slaan H5221 H8686 ? Zal ik hen slaan H1 , mijn vader?
  22 H559 H8799 Doch hij zeide H3808 : Gij zult hen niet H5221 H8686 slaan H5221 H8688 ; zoudt gij ook slaan H834 , die H859 gij H2719 met uw zwaard H7198 en met uw boog H7617 H8804 gevangen hadt H7760 H8798 ? Zet H3899 hun brood H4325 en water H6440 voor H398 H8799 , dat zij eten H8354 H8799 en drinken H413 , en tot H113 hun heer H3212 H8799 trekken.
  23 H3739 H8799 En hij bereidde H1419 hun een grote H3740 maaltijd H398 H8799 , dat zij aten H8354 H8799 en dronken H7971 H8762 ; daarna liet hij hen gaan H3212 H8799 , en zij trokken H113 tot hun heer H935 H8800 . Zo kwamen H1416 de benden H758 der Syriers H3808 niet H5750 H3254 H8804 meer H776 in het land H3478 van Israel.
  24 H1961 H8799 En het geschiedde H310 H3651 daarna H1130 , dat Benhadad H4428 , de koning H758 van Syrie H3605 , zijn gehele H4264 leger H6908 H8799 verzamelde H5927 H8799 , en optoog H5921 , en H8111 Samaria H6696 H8799 belegerde.
  25 H1961 H8799 En er werd H1419 grote H7458 honger H8111 in Samaria H2099 ; want ziet H6696 H8802 H5921 , zij belegerden H5704 ze, totdat H2543 H7218 een ezelskop H8084 voor tachtig H3701 zilverlingen H1961 H800 was H7255 [verkocht], en een vierendeel H6894 van een kab H1686 H8675 H3123 H2755 duivenmest H2568 voor vijf H3701 zilverlingen.
  26 H1961 H8700 En het geschiedde H4428 H3478 , als de koning H5921 op H2346 den muur H5674 H8802 voorbijging H802 , dat een vrouw H413 tot H6817 H8804 hem riep H559 H8800 , zeggende H3467 H8685 : Help H113 mij, heer H4428 koning!
  27 H559 H8799 En hij zeide H3068 : De HEERE H3467 H8686 helpt H408 u niet H4480 H370 ; waarvan H3467 H8686 zou ik u helpen H4480 ? Van H1637 den dorsvloer H176 of H4480 van H3342 de wijnpers?
  28 H559 H8799 Verder zeide H4428 de koning H4100 tot haar: Wat H559 H8799 is u? En zij zeide H2063 : Deze H802 vrouw H413 heeft tot H559 H8804 mij gezegd H5414 H8798 : Geef H1121 uw zoon H3117 , dat wij hem heden H398 H8799 eten H4279 , en morgen H1121 zullen wij mijn zoon H398 H8799 eten.
  29 H1121 Zo hebben wij mijn zoon H1310 H8762 gezoden H398 H8799 , en hebben hem gegeten H312 ; maar als ik des anderen H3117 daags H413 tot H559 H8799 haar zeide H5414 H8798 : Geef H1121 uw zoon H398 H8799 , dat wij hem eten H1121 , zo heeft zij haar zoon H2244 H8686 verstoken.
  30 H1961 H8799 En het geschiedde H4428 , als de koning H1697 de woorden H802 dezer vrouw H8085 H8800 gehoord had H899 , dat hij zijn klederen H7167 H8799 scheurde H1931 , alzo hij H5921 op H2346 den muur H5674 H8802 voortging H5971 ; en het volk H7200 H8799 zag H2009 , dat, ziet H8242 , een zak H4480 van H1004 binnen H5921 over H1320 zijn vlees was.
  31 H559 H8799 En hij zeide H3541 : Zo H6213 H8799 doe H430 mij God H3541 , en doe zo H3254 H8686 daartoe H518 , indien H7218 het hoofd H477 van Elisa H1121 den zoon H8202 van Safat H3117 , heden H5921 op H5975 H8799 hem zal blijven staan!
  32 H477 (Elisa H3427 H8802 nu zat H1004 in zijn huis H2205 , en de oudsten H3427 H8802 zaten H854 bij H7971 H8799 hem.) En hij zond H376 een man H4480 van H6440 voor zijn aangezicht H2962 ; maar eer H4397 de bode H413 tot H935 H8799 hem gekomen was H1931 , had hij H559 H8804 gezegd H413 tot H2205 de oudsten H7200 H8804 : Hebt gijlieden gezien H3588 , hoe H2088 die H1121 zoon H7523 H8764 des moordenaars H7971 H8804 gezonden heeft H7218 , om mijn hoofd H5493 H8687 af te nemen H7200 H8798 ? Ziet toe H4397 , als die bode H935 H8800 komt H5462 H8798 , sluit H1817 de deur H3905 H0 toe, en dringt H853 hem H3905 H8804 uit H1817 met de deur H3808 ; is niet H6963 het geruis H7272 der voeten H113 van zijn heer H310 achter hem?
  33 H5750 Als hij nog H5973 met H1696 H8764 hen sprak H2009 , ziet H3381 H0 , zo kwam H4397 de bode H413 tot H3381 H8802 hem af H559 H8799 ; en hij zeide H2009 : Zie H2063 , dat H7451 kwaad H4480 is van H3068 den HEERE H4100 ; wat H5750 zou ik verder H3068 op den HEERE H3176 H8686 wachten?