Bible verses about "menstruation" | DSV_Strongs
Genesis 18:11
Leviticus 15:16
Leviticus 15:24
Genesis 31:35
35
H559 H8799
En zij zeide
H1
tot haar vader
H408
: Dat [de] [toorn] niet
H2734 H8799
ontsteke
H113
in mijns heren
H5869
ogen
H3588
, omdat
H4480
ik voor
H6440
uw aangezicht
H3201 H8799
niet kan
H6965 H8800
opstaan
H3588
; want
H802
[het] [gaat] mij naar der vrouwen
H1870
wijze
H2664 H8762
; en hij doorzocht
H4672 H8804
; maar hij vond
H8655
de terafim
H3808
niet.
Leviticus 15:28-30
28
H2101
Maar als zij van haar vloed
H2891 H8804
rein wordt
H7651
, dan zal zij voor zich zeven
H3117
dagen
H5608 H8804
tellen
H310
, daarna
H2891 H8799
zal zij rein zijn.
Ezekiel 18:6
Ezekiel 22:10
Leviticus 15:19-24
19
H802
Maar als een vrouw
H2100 H8802
vloeiende zijn zal
H2101
, zijnde haar vloed
H1818
van bloed
H1320
in haar vlees
H7651
, zo zal zij zeven
H3117
dagen
H5079
in haar afzondering zijn
H5060 H8802
; en al wie haar aanroert
H2930 H8799
, zal onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
20
H5079
En al hetgeen, waarop zij in haar afzondering
H7901 H8799
zal gelegen hebben
H2930 H8799
, zal onrein zijn
H3427 H8799
; mitsgaders alles, waarop zij zal gezeten hebben
H2930 H8799
, zal onrein zijn.
21
H4904
En al wie haar leger
H5060 H8802
aanroert
H899
, zal zijn klederen
H3526 H8762
wassen
H4325
, en zich met water
H7364 H8804
baden
H2930 H8804
, en onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
22
H3627
Ook al wie enig tuig
H3427 H8799
, waarop zij gezeten zal hebben
H5060 H8802
, aanroert
H899
, zal zijn klederen
H3526 H8762
wassen
H4325
, en zich met water
H7364 H8804
baden
H2930 H8804
, en onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
Leviticus 18:19
Luke 8:43-46
43
G2532
En
G1135
een vrouw
G1427
, die twaalf
G575
jaren
G2094
lang
G4511
den vloed
G129
des bloeds
G5607 G5752 G1722
gehad had
G3748
, welke
G3650
al
G979
haar leeftocht
G1519
aan
G2395
medicijnmeesters
G4321 G5660
ten koste gelegd had
G5259
; en van
G3756 G3762
niemand
G2480 G5656
had kunnen
G2323 G5683
genezen worden,
44
G3693
Van achteren
G4334 G5631
tot Hem komende
G680 G
, raakte
G2899
den zoom
G846
Zijns
G2440
kleeds
G680 G5662
aan
G2532
; en
G3916
terstond
G2476 G5627
stelpte
G4511
de vloed
G846
haars
G129
bloeds.
45
G2532
En
G2424
Jezus
G2036 G5627
zeide
G5101
: Wie
G3450
is het, die Mij
G680 G5671
heeft aangeraakt
G1161
? En
G3956
als zij het allen
G720 G5740
miszaakten
G2036 G5627
, zeide
G4074
Petrus
G2532
en
G846
die met hem
G3326
waren
G1988
: Meester
G3793
, de scharen
G4912 G5719
drukken
G2532
en
G598 G5719
verdringen
G4571
U
G2532
, en
G3004 G5719
zegt Gij
G5101
: Wie
G3450
is het, die Mij
G680 G5671
aangeraakt heeft?
Ezekiel 36:17
17
H1121 H120
Mensenkind
H1004
! het huis
H3478
Israels
H127
, als zij in hun land
H3427 H8802
woonden
H2930 H8762
, toen verontreinigden zij
H1870
datzelve met hun weg
H5949
en met hun handelingen
H1870
; hun weg
H6440
was voor Mijn aangezicht
H2932
als de onreinigheid
H5079
ener afgezonderde [vrouw].
Leviticus 20:18
18
H376
En als een man
H802
bij een vrouw
H1739
, die haar krankheid
H7901 H8799
heeft, zal gelegen
H6172
en haar schaamte
H1540 H8765
ontdekt
H4726
, haar fontein
H6168 H8689
ontbloot
H4726
, en zij zelve de fontein
H1818
haars bloeds
H1540 H8765
ontdekt zal hebben
H8147
, zo zullen zij beiden
H7130
uit het midden
H5971
huns volks
H3772 H8738
uitgeroeid worden.
Leviticus 15:19-30
19
H802
Maar als een vrouw
H2100 H8802
vloeiende zijn zal
H2101
, zijnde haar vloed
H1818
van bloed
H1320
in haar vlees
H7651
, zo zal zij zeven
H3117
dagen
H5079
in haar afzondering zijn
H5060 H8802
; en al wie haar aanroert
H2930 H8799
, zal onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
20
H5079
En al hetgeen, waarop zij in haar afzondering
H7901 H8799
zal gelegen hebben
H2930 H8799
, zal onrein zijn
H3427 H8799
; mitsgaders alles, waarop zij zal gezeten hebben
H2930 H8799
, zal onrein zijn.
21
H4904
En al wie haar leger
H5060 H8802
aanroert
H899
, zal zijn klederen
H3526 H8762
wassen
H4325
, en zich met water
H7364 H8804
baden
H2930 H8804
, en onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
22
H3627
Ook al wie enig tuig
H3427 H8799
, waarop zij gezeten zal hebben
H5060 H8802
, aanroert
H899
, zal zijn klederen
H3526 H8762
wassen
H4325
, en zich met water
H7364 H8804
baden
H2930 H8804
, en onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
23
H4904
Zelfs indien het op het leger
H3627
geweest zal zijn, of op het tuig
H3427 H8802
, waarop zij zat
H5060 H8800
, als hij dat aanroerde
H2930 H8799
, hij zal onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
24
H376
Insgelijks zo iemand
H7901 H8800
zekerlijk
H7901 H8799
bij haar gelegen heeft
H5079
, dat haar afzondering
H7651
op hem zij, zo zal hij zeven
H3117
dagen
H2930 H8804
onrein zijn
H4904
; daartoe alle leger
H7901 H8799
, waarop hij zal gelegen hebben
H2930 H8799
, zal onrein zijn.
25
H802
Wanneer ook een vrouw
H7227
, vele
H3117
dagen
H3808
buiten
H6256
den tijd
H5079
harer afzondering
H2101
, van den vloed
H1818
haars bloeds
H2100 H8799
vloeien zal
H2100 H8799
, of wanneer zij vloeien zal
H5921
boven
H5079
hare afzondering
H3117
, zij zal al den dagen
H2101
van den vloed
H2932
harer onreinigheid
H3117
, als in de dagen
H5079
harer afzondering
H2931
onrein zijn.
26
H4904
Alle leger
H3117
, waarop zij al de dagen
H2101
haars vloeds
H7901 H8799
gelegen zal hebben
H4904
, zal haar zijn als het leger
H5079
harer afzondering
H3627
; en alle tuig
H3427 H8799
, waarop zij zal gezeten hebben
H2931
, zal onrein zijn
H2932
, naar de onreinigheid
H5079
harer afzondering.
27
H5060 H8802
En zo wie die dingen aanroert
H2930 H8799
, zal onrein zijn
H899
; daarom zal hij zijn klederen
H3526 H8765
wassen
H4325
, en zich met water
H7364 H8804
baden
H2930 H8804
, en onrein zijn
H6153
tot aan den avond.
28
H2101
Maar als zij van haar vloed
H2891 H8804
rein wordt
H7651
, dan zal zij voor zich zeven
H3117
dagen
H5608 H8804
tellen
H310
, daarna
H2891 H8799
zal zij rein zijn.