Bible verses about "animals" | DSV_Strongs
Isaiah 11:6
Isaiah 65:25
25
H2061
De wolf
H2924
en het lam
H259
zullen te zamen
H7462 H8799
weiden
H738
, en de leeuw
H8401
zal stro
H398 H8799
eten
H1241
als een rund
H6083
, en stof
H3899
zal de spijze
H5175
der slang
H7489 H8686
zijn; zij zullen geen kwaad doen
H7843 H8686
noch verderven
H6944
op Mijn gansen heiligen
H2022
berg
H559 H8804
, zegt
H3068
de HEERE.
Luke 3:6
Genesis 1:21
21
H430
En God
H1254 H8799
schiep
H1419
de grote
H8577
walvissen
H3605
, en alle
H2416
levende
H7430 H8802
wremelende
H5315
ziel
H834
, welke
H4325
de wateren
H8317 H8804
overvloediglijk voortbrachten
H4327
, naar haar aard
H3605
; en alle
H3671
gevleugeld
H5775
gevogelte
H4327
naar zijn aard
H430
. En God
H7200 H8799
zag
H3588
, dat
H2896
het goed [was].
Genesis 1:30
30
H3605
Maar aan al
H2416
het gedierte
H776
der aarde
H3605
, en aan al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en aan al
H7430 H8802
het kruipende gedierte
H5921
op
H776
de aarde
H834
, waarin
H2416
een levende
H5315
ziel
H3605
[is], [heb] [Ik] al
H3418
het groene
H6212
kruid
H402
tot spijze
H1961 H8799
[gegeven]. En het was
H3651
alzo.
Job 12:7-10
7
H199
En waarlijk
H7592 H8798
, vraag
H4994
toch
H929
de beesten
H3384 H8686
, en elkeen van die zal het u leren
H5775
; en het gevogelte
H8064
des hemels
H5046 H8686
, dat zal het u te kennen geven.
8
H176
Of
H7878 H8798
spreek
H776
tot de aarde
H3384 H8686
, en zij zal het u leren
H1709
; ook zullen het u de vissen
H3220
der zee
H5608 H8762
vertellen.
Job 35:11
Psalms 145:9
Ecclesiastes 3:18-21
18
H559 H8804
Ik zeide
H3820
in mijn hart
H1700
van de gelegenheid
H1121 H120
der mensenkinderen
H430
, dat God
H1305 H8800
hen zal verklaren
H7200 H8800
, en dat zij zullen zien
H1992
, dat zij
H929
[als] de beesten zijn aan zichzelven.
19
H1121
Want wat den kinderen
H120
der mensen
H4745
wedervaart
H4745
, dat wedervaart
H929
ook den beesten
H259
; en enerlei
H4745
wedervaart
H4194
hun [beiden]; gelijk die sterft
H4194
, alzo sterft
H2088
deze
H259
, en zij allen hebben enerlei
H7307
adem
H4195
, en de uitnemendheid
H120
der mensen
H929
boven de beesten
H1892
is geen; want allen zijn zij ijdelheid.
Genesis 9:2-3
2
H4172
En uw vrees
H2844
, en uw verschrikking
H1961 H8799
zij
H5921
over
H3605
al
H2416
het gedierte
H776
der aarde
H5921
, en over
H3605
al
H5775
het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
; in al
H834
wat
H127
zich op den aardbodem
H7430 H8799
roert
H3605
, en in alle
H1709
vissen
H3220
der zee
H3027
; zij zijn in uw hand
H5414 H8738
overgegeven.
Matthew 6:26
26
G1689 G5657 G1519
Aanziet
G4071
de vogelen
G3772
des hemels
G3754
, dat
G3756
zij niet
G4687 G5719
zaaien
G3761
, noch
G2325 G5719
maaien
G3761
, noch
G4863 G5719
verzamelen
G1519
in
G596
de schuren
G2532
; en
G5216
uw
G3770
hemelse
G3962
Vader
G5142 G5719
voedt
G846
[nochtans] dezelve
G1308 G
; gaat
G5210
gij
G846
dezelve
G3756
niet
G3123
[zeer] veel
G1308 G5719
te boven?
Genesis 1:26-28
26
H430
En God
H559 H8799
zeide
H6213 H0
: Laat Ons
H120
mensen
H6213 H8799
maken
H6754
, naar Ons beeld
H1823
, naar Onze gelijkenis
H7287 H8799
; en dat zij heerschappij hebben
H1710
over de vissen
H3220
der zee
H5775
, en over het gevogelte
H8064
des hemels
H929
, en over het vee
H3605
, en over de gehele
H776
aarde
H3605
, en over al
H7431
het kruipend gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt.
27
H430
En God
H1254 H8799
schiep
H120
den mens
H6754
naar Zijn beeld
H6754
; naar het beeld
H430
van God
H1254 H8804
schiep Hij
H853
hem
H2145
; man
H5347
en vrouw
H1254 H8804
schiep Hij
H853
ze.
28
H430
En God
H1288 H8762
zegende
H853
hen
H430
, en God
H559 H8799
zeide
H6509 H8798
tot hen: Weest vruchtbaar
H7235 H8798
, en vermenigvuldigt
H4390 H8798
, en vervult
H776
de aarde
H3533 H8798
, en onderwerpt haar
H7287 H8798
, en hebt heerschappij
H1710
over de vissen
H3220
der zee
H5775
, en over het gevogelte
H8064
des hemels
H3605
, en over al
H2416
het gedierte
H5921
, dat op
H776
de aarde
H7430 H8802
kruipt!