1
H8147
In het tweede
H8141
jaar
H4428
van den koning
H1867
Darius
H8345
, in de zesde
H2320
maand
H259
, op den eersten
H3117
dag
H2320
der maand
H1961 H8804
, geschiedde
H1697
het woord
H3068
des HEEREN
H3027
, door den dienst
H2292
van Haggai
H5030
, den profeet
H413
, tot
H2216
Zerubbabel
H1121
, den zoon
H7597
van Sealthiel
H6346
, den vorst
H3063
van Juda
H413
, en tot
H3091
Josua
H1121
, den zoon
H3087
van Jozadak
H1419 H3548
, den hogepriester
H559 H8800
, zeggende:
Haggai 1:1 Cross References - DSV_Strongs
Exodus 4:13
1 Kings 14:18
2 Kings 14:25
25
H1931
Hij
H7725 H8689
bracht ook weder
H1366
de landpale
H3478
van Israel
H4480
van
H935 H8800
den ingang
H2574
van Hamath
H5704
, tot aan
H3220
de zee
H6160
van het vlakke veld
H1697
; naar het woord
H3068
des HEEREN
H430
, des Gods
H3478
van Israel
H834
, dat
H1696 H8765
Hij gesproken had
H3027
door den dienst
H5650
van Zijn knecht
H3124
Jona
H1121
, den zoon
H573
van Amitthai
H5030
, den profeet
H834
, die
H4480
van
H1662
Gath-hefer was.
1 Chronicles 3:17
1 Chronicles 3:19
1 Chronicles 6:14-15
Ezra 1:8
Ezra 2:2
Ezra 2:63
Ezra 3:2
2
H3442
En Jesua
H1121
, de zoon
H3136
van Jozadak
H6965 H8799
, maakte zich op
H251
, en zijn broederen
H3548
, de priesters
H2216
en Zerubbabel
H1121
, de zoon
H7597
van Sealthiel
H251
, en zijn broederen
H1129 H8799
, en zij bouwden
H4196
het altaar
H430
des Gods
H3478
van Israel
H5921
, om daarop
H5930
brandofferen
H5927 H8687
te offeren
H3789 H8803
, gelijk geschreven is
H8451
in de wet
H4872
van Mozes
H376
, den man
H430
Gods.
Ezra 3:8
8
H8145
In het tweede
H8141
jaar
H935 H8800
nu hunner aankomst
H413
ten
H1004
huize
H430
Gods
H3389
te Jeruzalem
H8145
, in de tweede
H2320
maand
H2490 H8689
, begonnen
H2216
Zerubbabel
H1121
, de zoon
H7597
van Sealthiel
H3442
, en Jesua
H1121
, de zoon
H3136
van Jozadak
H7605
, en de overige
H251
hunner broederen
H3548
, de priesters
H3881
en de Levieten
H3605
, en allen
H4480
, die uit
H7628
de gevangenis
H3389
te Jeruzalem
H935 H8802
gekomen waren
H5975 H8686
; en zij stelden
H3881
de Levieten
H4480
, van
H6242
twintig
H8141
jaren
H1121
oud
H4605
en daarboven
H5329 H8763
, om opzicht te nemen
H5921
over
H4399
het werk
H3068
van des HEEREN
H1004
huis.
Ezra 4:2
2
H5066 H8799
Zo kwamen zij aan
H413
tot
H2216
Zerubbabel
H413
, en tot
H7218
de hoofden
H1
der vaderen
H559 H8799
, en zeiden
H5973
tot hen: Laat ons met
H1129 H8799
ulieden bouwen
H3588
, want
H430
wij zullen uw God
H1875 H8799
zoeken
H3644
, gelijk
H587
gijlieden; ook hebben wij
H2076 H8802
Hem geofferd
H4480
sinds
H3117
de dagen
H634
van Esar-haddon
H4428
, den koning
H804
van Assur
H853
, die ons
H6311
herwaarts
H5927 H8688
heeft doen optrekken.
Ezra 4:24-5:3
Ezra 6:14
14
H7868 H8750
En de oudsten
H3062
der Joden
H1124 H8750
bouwden
H6744 H8683
en gingen voorspoediglijk voort
H5017
, door de profetie
H5029
van den profeet
H2292
Haggai
H2148
en Zacharia
H1247
, den zoon
H5714
van Iddo
H1124 H8754
; en zij bouwden
H3635 H8806
en voltrokken
H4481
het, naar
H2941
het bevel
H426
van den God
H3479
Israels
H2942
, en naar het bevel
H3567
van Kores
H1868
, en Darius
H783
, en Arthahsasta
H4430
, koning
H6540
van Perzie.
Nehemiah 5:14
14
H1571
Ook
H4480
van
H3117
dien dag
H834
af, dat
H853
hij mij
H6680 H8765
bevolen heeft
H6346
hun landvoogd
H1961 H8800
te zijn
H776
in het land
H3063
Juda
H4480
, van
H6242
het twintigste
H8141
jaar
H5704
af, tot
H8147
het twee
H7970
en dertigste
H8141
jaar
H4428
van den koning
H783
Arthahsasta
H8147 H6240
, zijnde twaalf
H8141
jaren
H589
, heb ik
H251
, met mijn broederen
H3899
, het brood
H6346
des landvoogds
H3808
niet
H398 H8804
gegeten.
Nehemiah 7:7
7
H935 H8802
Dewelke kwamen
H5973
met
H2216
Zerubbabel
H3442
, Jesua
H5166
, Nehemia
H5838
, Azaria
H7485
, Raamja
H5167
, Nahamani
H4782
, Mordechai
H1114
, Bilsan
H4559
, Mispereth
H902
, Bigvai
H5149
, Nehum
H1196
[en] Baena
H4557
. [Dit] is het getal
H582
der mannen
H5971
van het volk
H3478
van Israel.
Nehemiah 8:9
9
H5166
[08:10] En Nehemia
H1931
(dezelve
H8660
is Hattirsatha
H5830
) en Ezra
H3548
, de priester
H5608 H8802
, de schriftgeleerde
H3881
, en de Levieten
H5971
, die het volk
H995 H8688
onderwezen
H559 H8799
, zeiden
H3605
tot al
H5971
het volk
H1931
: Deze
H3117
dag
H3068
is den HEERE
H430
, uw God
H6918
, heilig
H408
; bedrijft [dan] geen
H56 H8691
rouw
H1058 H8799
, en weent
H408
niet
H3588
; want
H3605
al
H5971
het volk
H1058 H8802
weende
H1697
, als zij de woorden
H8451
der wet
H8085 H8800
hoorden.
Nehemiah 12:1
Nehemiah 12:10
Haggai 1:12
12
H8085 H8799
Toen hoorde
H2216
Zerubbabel
H1121
, de zoon
H7597
van Sealthiel
H3091
, en Josua
H1121
, de zoon
H3087
van Jozadak
H1419 H3548
, de hogepriester
H3605
, en al
H7611
het overblijfsel
H5971
des volks
H6963
, naar de stem
H3068
van den HEERE
H430
, hun God
H5921
, en naar
H1697
de woorden
H5030
van den profeet
H2292
Haggai
H834
, gelijk als
H3068
hem de HEERE
H430
, hun God
H7971 H8804
, gezonden had
H5971
; en het volk
H3372 H8799
vreesde
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN.
Haggai 1:14
14
H3068
En de HEERE
H5782 H8686
verwekte
H834
den
H7307
geest
H2216
van Zerubbabel
H1121
, den zoon
H7597
van Sealthiel
H6346
, den vorst
H3063
van Juda
H834
, en den
H7307
geest
H3091
van Josua
H1121
, den zoon
H3087
van Jozadak
H1419 H3548
, den hogepriester
H834
, en den
H7307
geest
H3605
van het ganse
H7611
overblijfsel
H5971
des volks
H935 H8799
; en zij kwamen
H6213 H8799
en maakten
H4399
het werk
H1004
in het huis
H3068
van den HEERE
H6635
der heirscharen
H430
, hun God.
Haggai 2:1-2
Haggai 2:4
4
H6258
[02:5] Doch nu
H2388 H8798
, wees sterk
H2216
, gij Zerubbabel
H5002 H8803
! spreekt
H3068
de HEERE
H2388 H8798
; en wees sterk
H3091
, gij Josua
H1121
, zoon
H3087
van Jozadak
H1419 H3548
, hogepriester
H2388 H8798
! en wees sterk
H3605
, al
H5971
gij volk
H776
des lands
H5002 H8803
! spreekt
H3068
de HEERE
H6213 H8798
; en werkt
H3588
, want
H589
Ik
H854
ben met
H5002 H8803
u, spreekt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen;
Haggai 2:10
Haggai 2:20-Zechariah 1:1
Zechariah 4:6-10
6
H6030 H8799
Toen antwoordde Hij
H559 H8799
, en sprak
H413
tot
H559 H8800
mij, zeggende
H2088
: Dit
H1697
is het woord
H3068
des HEEREN
H413
tot
H2216
Zerubbabel
H559 H8800
, zeggende
H3808
: Niet
H2428
door kracht
H3808
noch
H3581
door geweld
H3588 H518
, maar
H7307
door Mijn Geest
H559 H8804
[zal] [het] [geschieden], zegt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen.
7
H4310
Wie
H859
zijt gij
H1419
, o grote
H2022
berg
H6440
? Voor het aangezicht
H2216
van Zerubbabel
H4334
zult gij worden tot een vlak veld
H68 H7222
; want hij zal den hoofdsteen
H3318 H8689
voortbrengen
H8663
[met] toeroepingen
H2580
: Genade
H2580
, genade zij denzelven!
9
H3027
De handen
H2216
van Zerubbabel
H2088
hebben dit
H1004
huis
H3245 H8765
gegrondvest
H3027
, zijn handen
H1214 H8762
zullen het ook voleinden
H3045 H8804
; opdat gij weet
H3588
, dat
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H413
mij tot
H7971 H8804
ulieden gezonden heeft.
10
H3588
Want
H4310
wie
H936 H8804
veracht
H3117
den dag
H6996
der kleine dingen
H7651
? daar zich toch die zeven
H8055 H8804
verblijden zullen
H913
, als zij het tinnen
H68
gewicht
H7200 H8804
zullen zien
H3027
in de hand
H2216
van Zerubbabel
H428
; dat
H1992
zijn
H5869
de ogen
H3068
des HEEREN
H3605
, die het ganse
H776
land
H7751 H8789
doortrekken.