11
H6667
En Zedekia
H1121
, de zoon
H3668
van Kenaana
H1270
, had zich ijzeren
H7161
horens
H6213 H8799
gemaakt
H559 H8799
; en hij zeide
H3541
: Zo
H559 H8804
zegt
H3068
de HEERE
H428
: Met deze
H758
zult gij de Syriers
H5055 H8762
stoten
H5704
, totdat
H3615 H8763
gij hen gans verdaan zult hebben.
1 Kings 22:11 Cross References - DSV_Strongs
Deuteronomy 33:17
17
H1926
Hij heeft de heerlijkheid
H1060
des eerstgeborenen
H7794
zijns osses
H7161
, en zijn hoornen
H7161
zijn hoornen
H7214
des eenhoorns
H5971
; met dezelve zal hij de volken
H3162
te zamen
H5055 H8762
stoten
H657
tot aan de einden
H776
des lands
H7233
. Dezen nu zijn de tien duizenden
H669
van Efraim
H505
, en dezen zijn de duizenden
H4519
van Manasse!
Jeremiah 23:17
17
H559 H8802
Zij zeggen
H559 H8800
steeds
H5006 H8764
tot degenen, die Mij lasteren
H3068
: De HEERE
H1696 H8765
heeft het gesproken
H7965
, gijlieden zult vrede
H3820
hebben; en [tot] al wie naar zijns harten
H8307
goeddunken
H1980 H8802
wandelt
H559 H8804
, zeggen zij
H7451
: Ulieden zal geen kwaad
H935 H8799
overkomen.
Jeremiah 23:25
Jeremiah 23:31
Jeremiah 27:2
Jeremiah 28:2-3
2
H559 H8804
Zo spreekt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H430
, de God
H3478
Israels
H559 H8800
, zeggende
H5923
: Ik heb het juk
H4428
des konings
H894
van Babel
H7665 H8804
verbroken.
3
H3117
In nog twee volle
H8141
jaren
H4725
zal Ik tot deze plaats
H7725 H8688
wederbrengen
H3627
al de vaten
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H5019
, die Nebukadnezar
H4428
, de koning
H894
van Babel
H4725
, uit deze plaats
H3947 H8804
heeft weggenomen
H894
, en dezelve [naar] Babel
H935 H8686
gebracht.
Jeremiah 28:10-14
10
H3947 H8799
Toen nam
H5030
de profeet
H2608
Hananja
H4133
het juk
H6677
van den hals
H5030
van den profeet
H3414
Jeremia
H7665 H8799
, en verbrak het.
11
H2608
En Hananja
H559 H8799
sprak
H5869
voor de ogen
H5971
des gansen volks
H559 H8800
, zeggende
H559 H8804
: Zo zegt
H3068
de HEERE
H7665 H8799
: Alzo zal Ik verbreken
H5923
het juk
H5019
van Nebukadnezar
H4428
, den koning
H894
van Babel
H3117
, in nog twee volle
H8141
jaren
H6677
, van den hals
H1471
al der volken
H5030
. En de profeet
H3414
Jeremia
H3212 H8799
ging
H1870
zijns weegs.
12
H3068
Doch des HEEREN
H1697
woord
H3414
geschiedde tot Jeremia
H310
(nadat
H5030
de profeet
H2608
Hananja
H4133
het juk
H6677
van den hals
H5030
van den profeet
H3414
Jeremia
H7665 H8800
verbroken had
H559 H8800
), zeggende:
13
H1980 H8800
Ga henen
H559 H8804
en spreek
H2608
tot Hananja
H559 H8800
, zeggende
H559 H8804
: Zo zegt
H3068
de HEERE
H6086
: Houten
H4133
jukken
H7665 H8804
hebt gij verbroken
H1270
, nu zult gij in plaats van die, ijzeren
H4133
jukken
H6213 H8804
maken.
14
H559 H8804
Want zo zegt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H430
, de God
H3478
Israels
H1270
: Ik heb een ijzeren
H5923
juk
H5414 H8804
gedaan
H6677
aan den hals
H1471
van al deze volken
H5019
, om Nebukadnezar
H4428
, den koning
H894
van Babel
H5647 H8800
, te dienen
H5647 H8804
, en zij zullen hem dienen
H2416
; ja, Ik heb hem ook het gedierte
H7704
des velds
H5414 H8804
gegeven.
Jeremiah 29:21
21
H559 H8804
Zo zegt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H430
, de God
H3478
Israels
H256
, van Achab
H1121
, zoon
H6964
van Kolaja
H6667
, en van Zedekia
H1121
, zoon
H4641
van Maaseja
H8034
, die ulieden in Mijn Naam
H8267
valselijk
H5012 H8737
profeteren
H5414 H8802
: Ziet, Ik zal hen geven
H3027
in de hand
H5019
van Nebukadnezar
H4428
, den koning
H894
van Babel
H5869
, en hij zal ze voor uw ogen
H5221 H8689
slaan.
Ezekiel 13:6-9
6
H2372 H8804
Zij zien
H7723
ijdelheid
H3577
en leugenachtige
H7081
voorzegging
H559 H8802
, die daar zeggen
H3068
: De HEERE
H5002 H8803
heeft gesproken
H3068
, daar de HEERE
H7971 H8804
hen niet gezonden heeft
H3176 H8765
; en zij geven hope
H1697
van het woord
H6965 H8763
te zullen bevestigen.
7
H2372 H8804
Ziet gij
H7723
niet een ijdel
H4236
gezicht
H1696 H8765
, en spreekt
H3577
een leugenachtige
H4738
voorzegging
H559 H8802
, als gij zegt
H3068
: De HEERE
H5002 H8803
spreekt
H559 H8804
, daar Ik niet gesproken heb?
8
H559 H8804
Daarom zo zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H7723
: omdat gijlieden ijdelheid
H1696 H8763
spreekt
H3577
, en leugen
H2372 H8804
ziet
H5002 H8803
; daarom, ziet, Ik [wil] aan u, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE.
9
H3027
En Mijn hand
H5030
zal zijn tegen de profeten
H7723
, die ijdelheid
H2374
zien
H3577
, en leugen
H7080 H8802
voorzeggen
H5475
; zij zullen in de vergadering
H5971
Mijns volks
H3791
niet zijn, en in het schrift
H1004
van het huis
H3478
Israels
H3789 H8735
niet geschreven worden
H127
, en in het land
H3478
Israels
H935 H8799
niet komen
H3045 H8804
; en gij zult weten
H136
, dat Ik de Heere
H3069
HEERE ben.
Ezekiel 22:27-28
Micah 3:11
11
H7218
Haar hoofden
H8199 H8799
rechten
H7810
om geschenken
H3548
, en haar priesters
H3384 H8686
leren
H4242
om loon
H5030
, en haar profeten
H7080 H8799
waarzeggen
H3701
om geld
H8172 H8735
; nog steunen zij
H5921
op
H3068
den HEERE
H559 H8800
, zeggende
H3068
: Is de HEERE
H3808
niet
H7130
in het midden
H5921
van ons?
H3808
Ons zal geen
H7451
kwaad
H935 H8799
overkomen.
Zechariah 1:18-21
18
H5375 H0
En ik hief
H5869
mijn ogen
H5375 H8799
op
H7200 H8799
, en zag
H2009
; en ziet
H702
, er waren vier
H7161
hoornen.
19
H559 H8799
En ik zeide
H413
tot
H4397
den Engel
H1696 H8802
, Die met mij sprak
H4100
: Wat
H428
zijn deze
H559 H8799
? En Hij zeide
H413
tot
H7161
mij: Dat zijn de hoornen
H834
, welke
H3063
Juda
H3478
, Israel
H3389
en Jeruzalem
H2219 H8765
verstrooid hebben.
21
H559 H8799
Toen zeide ik
H4100
: Wat
H935 H8802
komen
H428
die
H6213 H8800
maken
H559 H8799
? En Hij sprak
H559 H8800
, zeggende
H428
: Dat
H7161
zijn de hoornen
H834
, die
H3063
Juda
H2219 H8765
verstrooid hebben
H6310
, zodat
H376 H3808
niemand
H7218
zijn hoofd
H5375 H8804
ophief
H428
; maar deze
H935 H8799
zijn gekomen
H853
om die
H2729 H8687
te verschrikken
H7161
, om de hoornen
H1471
der heidenen
H3034 H8763
neder te werpen
H7161
, welke den hoorn
H5375 H8802
verheven hebben
H413
tegen
H776
het land
H3063
van Juda
H2219 H8763
, om dat te verstrooien.
Acts 19:13-16
13
G1161
En
G5100
sommigen
G575
van
G4022 G5740
de omzwervende
G2453
Joden
G1845
, zijnde [duivel] bezweerders
G2021 G5656
, hebben zich onderwonden
G3686
den Naam
G2962
van den Heere
G2424
Jezus
G3687 G5721
te noemen
G1909
over
G4190
degenen, die boze
G4151
geesten
G2192 G5723
hadden
G3004 G5723
, zeggende
G3726 G5719
: Wij bezweren
G5209
u
G2424
bij Jezus
G3739
, Dien
G3972
Paulus
G2784 G5719
predikt!
14
G1161
[Dezen] nu
G2258 G5713
waren
G5100
zekere
G2033
zeven
G5207
zonen
G4630
van Sceva
G2453
, een Joodsen
G749
overpriester
G5124
, die dit
G4160 G5723
deden.
15
G1161
Maar
G4190
de boze
G4151
geest
G611 G5679
, antwoordende
G2036 G5627
, zeide
G2424
: Jezus
G1097 G5719
ken ik
G2532
, en
G3972
Paulus
G1987 G5736
weet ik
G1161
; maar
G5210
gijlieden
G5101
, wie
G2075 G5748
zijt gij?
16
G2532
En
G444
de mens
G1722
, in
G3739
welken
G4190
de boze
G4151
geest
G2258 G5713
was
G2177 G5740
, sprong
G1909
op
G846
hen
G2532
, en
G846
hen
G2634 G5660
meester geworden zijnde
G2480 G5656
, kreeg de overhand
G2596
tegen
G846
hen
G5620
, alzo
G1131
dat zij naakt
G2532
en
G5135 G5772
gewond
G1537
uit
G1565
dat
G3624
huis
G1628 G5629
ontvloden.
2 Corinthians 11:13-15
13
G1063
Want
G5108
zulke
G5570
valse apostelen
G1386
zijn bedriegelijke
G2040
arbeiders
G3345 G5734
, zich veranderende
G1519
in
G652
apostelen
G5547
van Christus.