1 Chronicles 13:1 Cross References - DSV

1 En David hield raad met de oversten der duizenden en der honderden, en met alle vorsten.

2 Samuel 6:1

1 Daarna verzamelde David wederom alle uitgelezenen in Israël, dertig duizend.

2 Kings 23:1

1 Toen zond de koning henen, en tot hem verzamelden al die oudsten van Juda en Jeruzalem.

1 Chronicles 12:14

14 Dezen waren van de kinderen van Gad, hoofden des heirs; een van de kleinsten was over honderd, en de grootste over duizend.

1 Chronicles 12:20

20 Toen hij naar Ziklag toog, vielen tot hem uit Manasse: Adnah, en Jozabad, en Jediael, en Michaël, en Jozabad, en Elihu, en Zillethai; hoofden der duizenden, die in Manasse waren.

1 Chronicles 12:32

32 En van de kinderen van Issaschar, die ervaren waren in het verstand van de tijden, om te weten wat Israël doen moest; hun hoofden waren tweehonderd, en alle hun broeders pasten op hun woord;

2 Chronicles 29:20

20 Toen maakte zich de koning Jehizkia vroeg op, en verzamelde de oversten der stad, en hij ging op in het huis des HEEREN.

2 Chronicles 34:29-30

29 Toen zond de koning henen, en verzamelde alle oudsten van Juda en Jeruzalem. 30 En de koning ging op in het huis des HEEREN, en al de mannen van Juda en de inwoners van Jeruzalem, mitsgaders de priesters en de Levieten, en al het volk, van den grote tot den kleine toe; en men las voor hun oren al de woorden van het boek des verbonds, dat in het huis des HEEREN gevonden was.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.